Staatsschuld en werkloosheid
de
ijzige boodschap
De staatsschuld in de Eurozone als geheel bedraagt circa 95% van het Eurozone BBP. Maar dat is een
totalisering van alle lidstaten. Het geeft duidelijk aan dat het er met de Eurozone als geheel niet best voorstaat. Het is echter veel interessanter en belangrijker om te zien hoe
het de lidstaten van die Eurozone vergaat.
Van sommige andere landen valt dat
niet te zeggen.
België en Italië zijn niet bepaald zulke goede voorbeelden
als Nederland .
De ontwikkelingen in de Eurozone lopen ver uiteen. Dat is het tegengestelde van
wat de Eurozone beoogde. Een ontwikkeling naar algemene welvaart, een naar elkaar
toegroeiende lidstaten. In plaats daarvan een verslechtering van de economische
stand van zaken, een vermindering van de welvaart en een steeds groter wordende
kloof tussen redelijk presterende en zwakkere lidstaten ondanks
steunprogramma's en bailouts.
De Eurozone bestaat nu 14 jaar. Jarenlang heeft men ons
voorgehouden dat die gezamenlijke munt ons inderdaad grotere welvaart heeft
gebracht en werd critici de mond gesnoerd (dat blijkt wel meer voor te komen,
vergelijk klimaatactivisten en scptici, die zich liever realisten noemen). De
laatste twee jaren zijn die stemmen minder en minder luid geworden. Er heerst
nu meer een sfeer van overleven dan van een zich voorspoedig ontwikkelende
regio. Keer op keer wordt ons voorgehouden dat het tij is gekeerd, dat het
beter gaat en keer op keer duikt een nieuwe crisis op.
Wat is nu het verschil tussen 1999 en nu. Natuurlijk is er
in die jaren een inflatie geweest van circa 33%, dus bedragen vergelijken heeft
niet veel zin. Percentages echter wel. Cijfers zijn welsprekender dan woorden,
tenminste als het niet over prognose cijfers gaat want die zijn, zoals we al 14
jaar lang merken, zeer geduldig. Cijfers
gebaseerd op waarnemingen geven daarentegen de werkelijkheid weer. Daar kunnen
we conclusies uit trekken. Staatsschuld en werkloosheid. Die twee kunnen ons
veel vertellen.
Uit deze tabel van staatschuld en werkloosheid kunnen we
enkele conclusies trekken.
Als eerste dat België, Griekenland (2001) en Italië in 1999 niet hadden mogen worden
toegelaten tot de Eurozone want het percentage staatsschuld dat zij in 1999
hadden was aanzienlijk hoger dan de toelatingsnorm van 60%. België en
Italië bijna het dubbele ervan.
Bovendien zaten Spanje, Oostenrijk ook boven die grens en Nederland had ook 1,1% te hoog percentage.
Zes landen dus die bij een strenge selectie niet zouden zijn toegelaten. Griekenland
had er in 2001 evemin bij mogen komen. In dat geval was er geen Eurozone
geweest, hetgeen achteraf bezien ook beter zou zijn geweest.
Een tweede conclusie is dat van de oorsponkelijke lidstaten
er 1 is die een beter schuldpercentage heeft dan in 1999, België, maar dat zegt
niet veel want het is nog steeds boven de 100%.
Alle overige lidstaten van het eerste uur hebben hogere
schuldpercentages.
Een derde conclusie is dat terwijl er in 1999 3 lidstaten
waren met een te hoog percentage dat
aantal in october 2014 gestegen was tot 10.
Ook is te zien dat er een behoorlijke correlatie is tussen
de hoogte van de staatsschuld en het werkloosheidpercentage dat een goede indicator
is van de staat van de economie.
Een derde conclusie is dat er 8 van de lidstaten een
schuldpercentage hebben van meer dan 90%.
Algemeen wordt door economen aangenomen dat 90% het point of no return
is. Boven die 90% is het dus uitgesloten om zonder hulp tot een normaal
functionerende economie te komen.
Tenslotte is er sinds 2012 (jaar van de bailouts) geen
verbetering opgetreden maar een verslechtering. Er is gezien de stand van de
werkloosheid geen reden om aan te nemen dat er
na 2014 een ommekeer zou komen in de groei van de staatsschulden.
Er zouden dus slechts 10 van de 18 lidstaten levensvatbaar
zijn. Daarvan zijn er 4 later
toegetreden lidstaten.
Zou men nu echt denken dat Quantitative Easing, 1000 miljard euros aan de banken leveren een verbetering te weeg zou brengen? Een gebouw op zulke fundering kan zo niet gestut worden.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire