dimanche 24 septembre 2017

De EU na de Brexit en na de 


Quantitative Easing


met een kleine toevoeging

Vorige keer heb ik de verschillende visies op de toekomst van de Europese Unie voor zover die in het openbaar herkenbaar waren geschetst.
Het scala tussen de Unie van Samenwerking van Zelfstandige Lidstaten en de Unie van het Centraal Gezag met Regionen.
Daarin speelt de euro naar mijn mening geen essentiële rol.
Het voordeel dat je in alle 18 landen met dezelfde munt kunt betalen is in deze tijd van debit en credit cards en electronic money  totaal achterhaald.
In de USA betaal ik even gemakkelijk met mijn kaart als in Frankrijk.
Maar ik wil hiermee wel zeggen dat naar mijn mening een Europese Unie zonder een enkele eigen munt zeker even goed of zelfs beter kan functionneren als met een enkele eigen munt.
Het bewijs daarvoor levert de EU zoals hij nu is.
Achttien lidstaten hebben de euro aanvaard.
Die achttien vormen geen homogene maar een heterogene groep.
Er wordt door de Europese Centrale Bank een monetaire politiek gevoerd die niet afgestemd is op de afzonderlijke euro lidstaten maar op een niet bestaande abstractie ervan.
De lidstaten verschillen economisch en financiëel steeds sterker van elkaar inplaats van naar elkaar toe te groeien zoals de gedachte achter de euro moet zijn geweest.
Elke monetaire politiek is derhalve nimmer optimaal of zelfs geschikt voor alle eurolanden.
Nu is die politiek, in mijn amateuristische visie, sterk gericht op de zwakkere landen die zonder die politiek, alweer volgens mijn leken inzicht, niet economisch en financiëel met de euro zouden kunnen voortbestaan.
Logisch, want de sterkere economieën hebben die enorme financiële stimulans niet nodig maar kunnen op eigen kracht vooruit komen.
Helaas is een bijverschijnsel van die algemene monetaire politiek dat de sterke landen er het meeste voordeel uit putten en dat daardoor de verschillen tussen de zwakke en sterke eurolanden in plaats van kleiner juist groter worden.
Die mening baseer ik op de financiële en economische gegevens van BBP, groei, deficit/surplus, schuldpercentage, werkloosheid, lonen van de eurolanden.

De overige EU landen scoren zeker niet minder dan de eurolanden.
Ook al hebben sommige ervan een lagere levensstandaard dan de meeste eurolanden.
Hun grote voordeel is dat de monetaire politiek op het land zelf kan worden gebaseerd en niet op een abstractie.

Daarbij teken ik aan dat een gezonde toestand van de staat niet alles zegt over de toestand van de bevolking.
Zelfs in Duitsland, de koploper van de eurozone, is teveel armoede, zelfs in work poverty.
Want het is de bevolking die het BBP moeten delen met de staat en de staat bepaalt haar inkomen door belastingen en heffingen van de bevolking.
Om aan de eurozone eisen te voldoen van deficit en schuld kan dat op twee manieren, door economische groei door structurele hervormingen van de bureuacratie of door lastenverhoging voor de bevolking desnoods gekoppeld aan loons en uitkerings verlagingen.
Dat laatste is in de praktijk simpler te realiseren dan het eerste.
Maar op de duur is dat het slachten van de kip die de eieren legt.

De Lehman crisis mede veroorzaakt door de ongeremde derivaten handel en sub prime hypotheken die de bankenwereld aan het wankelen bracht waardoor deze door staatssteun op de been moest worden gehouden en de erop volgende wereldrecessie hebben de Centrale Banken van vooral Japan, de USA en de eurozone ertoe gebracht fors in te grijpen, met onorthodoxe maatregelen zoals zij het noemden.
Met het verschil dat de USA een politieke Unie is, Japan een enkel zelfstandig land terwijl de eurozone een combinatie is van achttien economisch en fiscaal verschillende en zelfstandige landen.
Maar extra geld drukken en in de economie pompen en rente tarieven  bepalen om de economie te beïnvloeden  is, dacht ik,  niet zo’n onorthodoxe techniek.
Wat wel onorthodox is de tijdsduur en omvang van dat geld bijdrukken en in omloop brengen en de rente zelfs tot negatief terugbrengen.
Want het moet logisch gedacht onmogelijk zijn om ongestraft door de echte economie onophoudelijk geld bij te kunnen drukken en daar waardepapieren voor op te kopen zonder dat geld zijn waarde te ontnemen.
Evenzeer moet logisch gezien als shocktherapie een massa geld in de echte economie pompen om er een korte sterke stimulans  aan te geven positief voor die economie kan uitpakken om zich verder zelfstandig te ontwikkelen.
Een paardemiddel waarbij de dosering het verschil tussen slagen en falen kan zijn.
Wat ook onorthodox is dat niemand nu met zekerheid kan zeggen dat de Eurozone, Amerikaanse en Japanse economie erdoor gered is of tot groter bloei gekomen.
Wel kun je zeggen dat bijvoorbeeld in de Europese Unie de lidstaten met eigen munt die niet onder de ECB vallen en dus zelf hun monetaire beleid hebben kunnen bepalen het economisch beslist niet slechter doen dan de eurozone landen.

Wat zeker onorthodox is, of liever gezegd buiten de leer vallend, is dat het grote doel van deze tweezijdige aanpak, het doen stijgen van de inflatie tot 2%, wel steeds is aangekondigd maar nog steeds niet bereikt is.
Die 2% is trouwens ook niet het echte doel van deze langdurige monetaire politiek maar het doel voor de Europese Centrale Bank is de Prijsstabiliteit en voor de Amerikaanse FED daarnaast de omvang van de werkloosheid.
De Bank van Japan heeft deze 2% doelstelling in feite al opgegeven en streeft nu naar het blijvend laag houden van de rente op obligaties.

Of jaarlijks stijgende prijzen met 2% wijzen op prijsstabiliteit valt ook te betwijfelen vind ik vanuit mijn amateuristisch oogpunt tenzij tezelfdertijd de inkomens ook met die twee procent zouden stijgen zodat het evenwicht prijzen en inkomens bewaard zouden blijven.
Dan houd je stabiliteit in de prijzen.
Maar dan is die inflatie zinloos.

Dat die 2% prijsstijging trouwens zou leiden tot meer aankopen uit vrees dat die prijzen het jaar daarop weer 2% hoger zouden zijn stuit op het begrip koopkracht, oftewel je kunt niet meer uitgeven dan je verdient  tenzij, en dan komt een belangrijk punt, je geld gaat lenen en dus een schuld aangaat.
Daar komt dan die lage rente om de hoek kijken.
Want een lage rente maakt lenen aantrekkelijker en aanlokkelijker en betaalbaarder.
Dat geldt niet alleen voor particulieren maar evenzeer voor bedrijven en overheden.
Daaraan moet het bijdrukken van vele biljoenen aan geld en het daarmee aankopen van waardepapieren in handen van banken gekoppeld worden.
Een overvloed van nieuw geld in die banken die dat moeten investeren want voor de eurozone bijvoorbeeld geldt een strafheffing als de banken dat geld bij de centrale bank deponeren.
Banken die hun nieuwe geld moeten investeeren, uitlenen dus, wellicht tegen groter risico dan voorheen, tegen een rente die uiterst laag is.
Een situatie dus die schuld aangaan gemakkelijk, en mogelijk te gemakkelijk, maakt.
Wat daarbij komt is dat door deze lage rente en dus goedkoop geld bedrijven die anders niet levensvatbaar zouden zijn geweest toch in stand gehouden werden, vaak ten nadele van andere wel levensvatbare of innovatieve bedrijven.
Bij een oplopende rente zullen de banken die aan deze bedrijven geld hebben geleend niet alleen problemen krijgen bij de rente inning maar ook de lening niet afgelost zullen krijgen.
Daarmee zal het toch al hoge aantal bad debts (NPL) voor banken nog toenemen.

De totale wereldschuld (particulieren, bedrijven, overheden) is dan ook door deze lage rentelasten  toegenomen tot een historisch hoogtepunt:

Schuld heeft twee aspecten: aflossen en rentebetaling.
Aflossen is in feite onbelangrijk zolang de rente op de schuld kan worden opgebracht.
In dat geval kan men de schuld steeds bij vervallen opnieuw afsluiten.
Pas indien de rentelast onhoudbaar wordt en aflossen onmogelijk is Leiden in last.
Dat gebeurt als er nu aan de uiterst lage rente een einde komt door renteverhogingen.
Dan is het houdbaarheids keerpunt, oftewel tipping point, snel bereikt en wordt de schuld een ondragelijke last.

Een tweede aspect is dat door dat bijdrukken van nieuw geld en opkopen van waardepapieren de balansen van de Centrale Banken steeds verder omhoog worden gestuwd zoals blijkt uit het volgende staatje. Dat schept eveneens een uitzonderlijke onnatuurlijke situatie.


-------------------------------------------------------------
Bedrijven investeren echter alleen maar als er rendement op die investeringen in het vooruitzicht ligt.
Natuurlijk kunnen zij goedkope leningen gebruiken om de eigen kapitaalpositie te versterken door met dat goedkope leengeld aandelen terug te kopen.
Misschien zelfs om er divident mee te betalen als dat economisch voordeliger is.
Maar de investeringsdrift ligt in een periode van economische problemen, secular stagnation zoals sommige economen het noemen, niet zo groot.
Maar de banken moeten dat geld ergens in investeren.
De aankoop van assets in allerlei vormen.
Onroerend goed, aandelen.
Het is overduidelijk dat de hoge beurskoersen niet geheel gebaseerd zijn op de intrinsieke of verdienwaarde van de bedrijven maar zeker ook op de monetaire politiek van de Centrale Banken.
Zolang die rente laag blijft en de geldstroom droogt niet op gaat dat door.
Maar eens zal daar een einde aan moeten komen en dan moet blijken in hoeverre er bubbels, luchtbellen, zijn veroorzaakt door de overvloed van geld en de lage rente.

Zolang de centrale banken die lage rente en geldproductie nodig achtten voor de economie waren er geen problemen.
Doorgaan was (en is) het devies.
Maar er is een ommezwaai gekomen in de wereldeconomie. Perioden van recessie worden altijd afgewisseld met perioden van economische bloei.
Of dat nu is door die monetaire politiek of niet doet niet ter zake maar wel dat nu die periode van secular stagnation doorbroken lijkt te worden door grotere economische bedrijvigheid en groei waardoor het de vraag is of die losse monetaire politiek van de Centrale Banken moet worden voortgezet of afgebouwd.

Dat is de eerste vraag omiddellijk gevolgd door en  hoe dan afgebouwd.
Want die losse politiek is zoals uit de twee bijgaande tabellen blijkt niet zonder gevolgen gebleven.
De wereldschuld van 217 biljoen dollars, 327% van het wereld GDP.
De door de centrale banken geschapen geld golf die nu op hun balansen staat.

Die wereldschuld moet houdbaar blijven en tot normale proporties terugkeren.
De balans van de centrale banken moet krimpen tot het niveau van voor de crisis.
Dat zijn de naweeën van de losse monetaire QE en rente.
Dat de recessie blijkbaar voorbij is en de economie sneller groeit is slechts één factor.

Is het middel niet erger dan de kwaal geweest?

Japan heeft dat 2% inflatiedoel al laten schieten en mikt nu op het houdbaar houden van de yield (rente) op obligaties.
Japan gaat dus (noodgedwongen?) door met de volledige QE maar met een ander doel voor ogen.
De FED was al gestopt met het drukken van extra geld, heeft de rente reeds enkele malen verhoogd, zij het met zeer kleine stapjes, en begint binnenkort, ook voorzichtig, met het krimpen van de balans, dat wil zeggen het geld dat voor vervallen obligaties binnenkomt wordt niet opnieuw geinvesteerd in nieuwe obligaties, zoals nu, maar aan de circulatie onttrokken, dus vernietigd.
Dat alles met een behoedzame blik op hoe de economie erop reageert.
Wat de ECB van plan is weet waarschijnljk alleen Draghi en zijn kring van confidanten, zijn executive board.
Missschien dat er in de oktober bijeenkomst enige klaarheid komt.

Dat voor de ECB door de combinatie van zwakke eurolanden en sterke eurolanden de zaak gecompliceerd ligt is duidelijk.
In ieder geval zal de rente (misschien wel tot een zeer, zeer lange tijd) laag moeten blijven om de excessief hoge schulden houdbaar te maken.
Ook heeft Draghi duidelijk gemeld dat de gelden van vervallen obligaties weer zullen worden gebruikt om nieuwe obligaties op te kopen.
De balans van de ECB zal dus niet krimpen.

En, zolang zo’n 30% van de schulden van de eurolanden (het huidige maximum) op de balans van de ECB zou blijven staan in de vorm van opgekochte staatsobligaties zijn deze schulden, zoals ik het misschien kan zeggen, geneutraliseerd.
Geen andere schuldeiser  kan ze opeisen.
En wellicht kan dat percentage van 30% nog verder worden opgevoerd.
Want het begrip prijsstabiliteit bewaken kan zeer ruim worden uitgelegd.

Om met een politieke noot de eindigen, de uitslag van de Duitse bondsdag verkiezingen vandaag zal zeer belangrijk zijn voor de toekomst van de eurozone en de Europese Unie.
De EU politiek van Duitsland zal sterk afhangen van de te vormen coalitie.
De Afd bevindt zich in een slechtere positie dan de PVV na de Nederlandse verkiezingen.
De PVV was de tweede grootste partij, de Afd de derde maar de PVV werd toch uitgesloten.
Merkel zal moeten regeren met de liberalen  in plaats van de socialisten die de oppositie verkiezen.
Maar dan komt zij nog zetels tekort.
Wat zal het worden?
Naar alle waarschijnlijkheid de Groenen en niet de Afd, die 12.6% scoorde.
Net als in Nederland een manke meerderheid.

De stemmen verliezende SPD (maar ook de CDU/CSU hebben een enorme klap gekregen) wil in de oppositie.
Maar in de politiek is alles tijdelijk en de europhile SPD zou in een regering met de CDU/CSU veel meer macht hebben om de Macron EU agenda te steunen en uit te voeren dan ze in de oppositie zouden hebben.
Wil Merkel  de kant op gaan van Macron met zijn EU hervormingsplannen en de fiscale eurozone met apart budget?
Dan is een coalitie met de SPD met een comfortabele meerderheid in de de Bondsdag daarvoor de beste garantie.
De CSU zal hier echter beslist geen voorstander van zijn.
Maar Merkel wil ook met de SPD praten.
Het worden roerige tijden. 



En, tenslotte, alles wat ik denk en hier schrijf, zijn alleen maar mijn eigen leken gedachten, niet gesteund door de uitkomsten van de berekeningen van allerlei uiterst gecompliceerde rekenmodellen.












.


mercredi 13 septembre 2017

Het Nieuwe Europa


Macron’s Visie en Merkel’s Zwijgen

De visie van de Socialisten in het Europees Parlement

Welke nieuwe zaken brengt Juncker in zijn State of the Union

Wat  zeggen de Peilingen onder de EU Bevolkingen


Ik laat mijn leken gedachten gaan aan wat ons in de EU te wachten staat.  Het nieuwe EU jaar is bruisend van start gegaan.
Wat springt er voor mij uit. Het wordt een lang verhaal.


In de wijde wereld heerst er misverstand over Europa, de Europese  Unie en de Eurozone.
Voor velen buiten Europa is dat één pot nat.
Als ze het over Europa hebben denken zij dat de euro de munt van Europa is, idem als ze de EU noemen, hoewel het in het laatste geval terecht is, want zo staat het in de verdragen van de EU.
Met dien verstande dan dat de euro slechts in 18 van de 28 lidstaten wordt gebruikt en wel in lidstaten die tezamen voorlopers heten te zijn op de overige.
Maar die euro is als munt natuurlijk het interessantste van de EU en naar buiten het symbool.
Dat leidt tot grote misverstanden. Wat voor de euro geldt geldt niet voor de Zweedse Kroon enzovoort.
En de Europese Centrale Bank heeft geen zeggenschap over geheel  Europa maar alleen in de eurozone.
En dat schept internationaal een verwrongen beeld.

Voor niet ingewijden is de EU zelf ook een echt probleem vooral omdat binnen de EU het Europees Parlement bestaat, dat niet de macht heeft van een echt parlement,  en de European Council naast de Council en de (European) Commission die soms elk een van elkaar afgescheiden bestaan lijken te leiden maar alle te maken hebben met het bestuur van die Europese Unie.

Ook binnen de EU soms een probleem.
Zo heeft het Europese Hof van Justitie  (sorry, dat heeft alleen jurisdictie over de Europese Unie) beslist dat ook Hongarijë in het kader van de reallocatie van vluchtelingen (die juridisch gezien illegale migranten zijn) verplicht is het door de EU aangewezen aantal van hen dient op te nemen.
Maar dat is een beslissing van de Raad van Ministers (de council) die met gekwalificeerde meerderheid zijn besluiten neemt.
Maar volgens Hongarijë had dit, omdat het volgens hen een strategisch onderwerp is, besloten moeten worden door de European Council, de Raad van Regeringsleiders die de strategie van de EU bepaalt.
In de Raad van Regeringsleiders  wordt  met algemene stemmen besloten en is er dus een vetorecht.
Daar zou het volgens Hongarijë nooit goedgekeurd zijn.
Bovendien is het Europees parlement er niet in gekend.
Hongarijë is van mening dat het oordeel van het Europees Hof een politiek oordeel was en geen juridisch.
Zo is er kennelijk zelfs binnen de EU verwarring over waar in welk geval de besluiten (moeten) worden genomen oftewel waar de echte macht zetelt.

Als ik er met buitenlanders over praat begrijpen zij er geen snars van en ik ben ervan overtuigd dat de overgrote meerderheid van de EU burgers er evenmin iets van snapt.
Voor hen valt alles onder de noemer “Brussel”.
Zeker niet als ze dan ook nog het verschil tussen reallocatie en resettlement moeten zien te vinden.
Want resettlement is het officiële binnenhalen van echte vluchtelingen die in hun land van eerste aankomst  na hun vlucht asiel hebben aangevraagd en gekregen.
In samenwerking met de UN heeft de EU besloten daarvan per jaar 20.000 en nu, geloof ik, 40.000 op te nemen die op basis van vrijwilligheid (want dat eist de UN) door de lidstaten worden opgenomen.
Dus op basis van vrijwilligheid. Denemarken, dat erin participeerde, heeft zich nu echter teruggetrokken, zo lees ik.
En reallocatie geldt voor al die illegale migranten die de Europese Unie via land of zee of lucht maar altijd op  illegale wijze hebben weten te bereiken en nu voor het grootste deel in Griekenland, Italië en toenemende aantallen in Spanje vastzitten, dat wil zeggen niet verder de Europese Unie kunnen binnenreizen.
Zij moeten verplicht volgens besluit van de Raad van Ministers over de Europese Lidstaten worden verdeeld.
Een niet aflatende illegale stroom binnnenkomers. Soms meer, soms minder.
Daar gaat het dus in Hongarije (en andere Oostelijke lidstaten) om.

Ik houd me altijd zo ver mogelijk weg van de echte politiek maar nu is dat onderwerp niet te vermijden nu het VK de EU verlaat en er dus andere verhoudingen binnen de EU ontstaan.
Tijd voor een nieuw begin.
Het is duidelijk dat Frankrijk en Duitsland daarbij, zoals voorheen bij de toen nog kleinere EU,  de voortrekkersrol willen hebben en minder duidelijk in hoeverre zij ook de beslissende rol zullen kunnen spelen.
Dat hangt van de overige lidstaten af, zowel voor de EU als geheel als voor de voortrekkerlidstaten die de euro ingevoerd hebben.
Terwijl Merkel op verkiezingscampagne door Duitsland toert en voor het eerst ook daarbij tegenstand ondervindt van het publiek, een teken dat haar reputatie toch niet meer zo solide is als enige jaren geleden, toert Macron door de Europese Unie om zijn visie op de toekomst van de Europese Unie en vooral de eurozone uit te dragen.
De eurozone als fiscale unie met eigen minister, eigen budget (dus gezamenlijke uitgaven en gezamenlijke schulden), eigen belastingen, eigen investeringsfonds maar politiek beperkt tot de economie voor zover ik het kan overzien.
En het scheppen van een “level playing field”, een belangrijk item voor zijn Franse arbeidswetgeving hervormingen, het vermijden van het onder de Franse lonen duiken van losse werkers uit andere EU landen.
In Griekenland heeft Macron een belangrijke expliciete toespraak gehouden over deze visie op de toekomst van de eurozone en de plaats van Griekenland hierin.
In de Duitse pers wordt hier aandacht aan geschonken, er onstaat, zo lees ik tussen de regels door, een beetje de indruk  dat Macron zijn stempel op deze onderwerpen wil drukken voordat  Merkel na de  Duitse verkiezinge later deze maand de handen vrij heeft.
En wat Merkel wil of kan zullen we pas weten na afloop van deze verkiezingen en zal zeer zeker afhankelijk zijn van de coalitie die dan gevomd kan worden.
Met de SPD, de socialisten, of de LPD, de liberalen eventueel aangevuld met een derde partij zoals de Groenen zal een behoorlijk verschil kunnen maken in de Duitse EU en eurozone politiek.
In de Duitse pers lees ik dat daar wel een beetje de indruk heerst dat Macron Merkel voor een fait accompli zou willen zetten.
Misschien dat Merkel hem heeft onderschat en gedacht dat hij de handen vol zou hebben met de hervorming van Frankrijk, zo lees ik.
Maar Macron ziet dat slechts als voorspel voor zijn andere missie: de redding van Europa, zo lees ik verder.
Hij wil een ander Europa.
Maar is dat hetzelfde als het andere Europa dat Duitsland zou willen.
Dat wordt dus wachten tot na de verkiezingen op 24 september a.s. als de coalitieonderhandelingen zijn afgerond en de Duitse visie op de hervormingen in de EU naast de Franse wordt gesteld.
Hopelijk gaan die coalitie onderhandelingen sneller dan die in ons eigen land en met meer overtuiging.
Maar in Duitsland spreekt men al dat het wel tot de Kerst kan duren.
En dan moet ook nog worden afgewacht in hoeverre de overige 26 lidstaten van de Europese Unie de Frans/Duitse lijn zouden willen volgen.

De socialisten in het Europees Parlement hebben eveneens hun eigen visie op de toekomst.
Zij leggen de nadruk op de (Europese) Commissie zoals hun leider in het EP, Gianni Pitelli, uiteenzet.
Het echte probleem in de Europese Unie is, volgens hem, de European Council (dus de Raad van Regeringsleiders, het hoogste orgaan in de EU dat de grote lijnen, de strategie, bepaalt binnen de grenzen van de Verdragen) dat te vaak het vetorecht hanteert en dat de besluiten genomen door de Europese Commissie en het parlement ondermijnt.
De Verdragen moeten herzien worden, de structuur van de EU moet veranderen als we meer democratie en betere balans in het functioneren willen krijgen. 
Zij (de socialisten dus) willen een Europa dat onafhankelijker is van de nationale regeringen en direct gemachtigd wordt door de Europese burgers door een direct gekozen Europees Parlement dat een grotere zeggenschap heeft over de benoeming van de President van de Europese Commissie en zijn College van Commissarissen om zo de aansprakelijkheid van de EU instituties te versterken.
Het EU budget zou verhoogd moeten worden, een einde komen aan de naive steun voor de neoliberale globalisering.
Dit zijn de kernpunten.
Dat zouden roerige tijden kunnen worden want de visie van de Oost Europese landen op het wezen van de EU is anders dan de Westerse en het is de vraag in hoeverre Macron op zijn rondreis die kan beïnvloeden.

Juncker houdt zijn State of the Union, de jaarlijkse  “jaarrede” van de EU op 13 september.
Ik pak er enkele voor mij interessante punten uit.
Het belangrijkste punt lijkt mij zijn suggestie om de functies van
President of the European Commission (nu Juncker zelf) en de  President of the  European Council (= Raad van Regeringsleiders) te combineren in één person.
Er moet een "investment screening framework" worden opgezet om de verkoop naar het buitenland van infrastructuur en technologie te voorkomen.
De EU heeft geen tweede rangs kinderen, werkers en consumenten.
Voor kinderen overal dezelfde vaccins.
Voor werkers hetzelfde loon voor het zelfde werk op de zelfde plaats.
Daartoe een Common Labour Authority.
Uitbreiding van de Schengenzone met Bulgarije en Roemenië
Extension of Schengen zone with Bulgarije, Roemenië en later Croatië.
De euro is bedoeld als munt voor de gehele EU.
Op twee na zijn alle lidstaten  gerechtigd en verplicht de euro in te voeren als zij aan de voorwaarden voldoen.
Daartoe een Euro Aanvaarding Instrument voor technische en financiële steun.
Eurozone Ministerie van Financiën dat structurele hervormingen in de lidstaten ondersteunt.
De Commissaris voor Economie en Financiën zou deze taak op zich moeten nemen en tevens de eurogroep aanvoeren.
Het parlement van de eurozone is het Europese Parlement.

Als ik deze verlangens en eisen van de verschillende kanten lees denk ik dat het inderdaad roerige tijden kunnen worden want de visie van bijvoorbeeld de Oost Europese landen op het wezen van de EU lijkt mij anders dan de Westerse en het is de vraag in hoeverre Macron op zijn rondreis die kan beïnvloeden.
En de nadruk wordt sterk verlegd van unie van zelfstandige lidstaten naar lidstaten onderhevig aan de Rule of Law van Brussel.
Wat betreft de gelijke beloning voor werkers uit lage lonen landen, want dat is uiteraard de bedoeling van de “geen tweederangs werkers” is het de vraag in hoeverre dit strijdig is met het vrije verkeer van personen, goederen en diensten, een essentiëel element van de EU.
En tenslotte wat de invoering van de euro betreft, zoals ik al vaker heb gezegd voldoen slechts enkele huidige eurolanden aan de toelatingsvoorwaarden, zie mijn tabellen daarover.
Voor niet euro lidstaten, die wel aan die voorwaarden voldoen, is toetreden alleen zinvol als de huidige lidstaten orde op zaken hebben gesteld en opnieuw aan die voorwaarden voldoen.
Vooral voor de schuldenberg van de eurolanden (waar veel te weinig aandacht aan wordt geschonken) is het de vraag of dat binnen een redelijke periode kan plaats vinden.

Wat de financiën van die eurozone betreft werd
ondertussen op het eurofront  met spanning uitgezien naar de persconferentie van Draghi op donderdag 7 september.
Wie met rode oortjes naar die persconferentie van Draghi heeft geluisterd is (voorspelbaar) bedrogen uitgekomen.
Als er iets vermeden werd bij deze persconferentie dan was het de duidelijkheid over de toekomst van de monetaire politiek van de ECB.
Misschien dat er in oktober knopen voorlopig worden doorgehakt maar nu is niemand wijzer geworden.
Hieronder de hoofdpunten met tussen haakjes mijn vraagpunten.
Het QE programma loopt tot eind 2017 maar wordt pas beeindigd wanneer dat kan.
Over of, hoe, wanneer is dus nog geen beslissing genomen.
Het gaat beter met de euro economie.
Eerste kwartaal 2017 0.5% groei, tweede kwartaal 0.6%.
De prognose is 2.2% in 2017, 1.8% in 2018 en 1.7% in 2019.
De in waarde toenemende euro (mede door dalende dollar) kan de inflatie nog verder omlaag drukken.
De inflatie in de eurozone bedraagt in augustus 1.5%.
Voor geheel 2017 wordt 1.5% voorzien, in 2018 1.2% en in 2019 1.5%.
De inflatie zal zeker toenemen tot die heilige bijna 2%, daar is Draghi zeker van, maar wanneer blijft in de lucht hangen. One day.
Dat er binnen afzienbare tijd een renteverhoging zou komen kan men dus  gevoegelijk vergeten.
Natuurlijk zijn structurele hervormingen nodig (maar welke?) en een groei vriendeljike samenstelling van de publieke financIën (maar geen woord over de overgrote schulden)
Consequente implementatie van het Stabilteit en Groei Pact, en de macroeconomische imbalances procedure op de duur (“over time”).
Versterken van de Economische en Monetaire Unie blijft een prioriteit en het verdere uitbreiden van de institutionele architectuur van de EMU (maar hoe?).
Bij het beantwoorden van de vragen maakte Draghi duidelijk (zoals ik al in vorige blogs heb vermeld) dat de meer dan 2.2 biljoen nieuw geschapen euros op de ECB balans blijven en gebruikt zullen worden om nieuwe obligaties op te kopen als de oude vervallen.
(Geen terugkeer dus naar de balans van voor de 2007 crisis zoals de FED beoogt).
Dat is dus wel duidelijk geworden, maar was het in feite al.
Draghi anwoordde dat een tijdelijk meer opkopen van obligaties van het ene land dan het andere een liquiditeitskwestie is en er geen sprake van is dat specifieke nationale belangen in acht zouden wordengenomen.
De gehele eurozone is het doel.
De prognoses zijn gebaseerd op een euro koers van 1.18 dollar.
Draghi zegt dat de ECB geen negatieve effecten ziet van het QE programma, de potentiële neveneffecten zijn besproken maar ze worden ver overschaduwd  door de positieve.
Niets nieuws dus onder de zon.

Het is zonneklaar dat Duitsland de QE en rente koers van de ECB niet op prijs stelt.
Toch profiteert Duitsland er wel degelijk van.
De eurokoers is voor de Duitse export net zo gunstig als ongunstig voor de zuidelijke eurolanden.
Zowel de transito handel binnen de eurozone als de handelsbalans naar buiten de eurozone zijn gunstig voor Duitsland.
Maar is de kritiek op dat handelsoverschot, zowel van de kant van de USA als van andere eurolanden terecht?
In 2003 was de economische positie van Duitsland zeer wankel.
Net als Frankrijk kon Duitsland niet beneden het  maximale 3% begrotingstekort blijven en was dus strafbaar volgens de verdragen.
Overigens zonder gevolgen, het werd met de mantel der liefde bedekt.
Duitsland is toen gaan hervormen, het bekende Hartz concept, Harz I t/m IV, schroefde de uitkeringen en de uitkeringsduur bij werkloosheid  en de bijstand sterk terug.
Een buitengewone versobering van de sociale uitkeringen en dus productiekosten.
De gevolgen bleven niet uit, de Duitse economie kwam door de sterk verbeterde concurrentiepositie door deze hervormingen snel tot bloei.
Frankrijk en de zuidelijke landen volgden het Duitse voorbeeld echter niet.
Dat verklaart de Duitse (en Nederlandse waar ook strikte hervormingen werden doorgevoerd) “austerity” positie in de eurozone.
Zij zijn van mening dat indien de zwakkere eurolanden eveneens de nodige hervormingen hadden doorgevoerd ook zij tot positieve resultaten zouden zijn gekomen.
De zwakkere landen zijn daartegenover van mening dat de austerity (de 3% en de 60% vastgelegd in de verdragen en benadrukt in het Stabiliteit en Groei Pact) hun juist heeft verhinderd tot bloei te komen door grotere leningen voor investeringen die tot groei en welvaart zouden hebben geleid onmogelijk te maken.
Maar zie de tabel van staatsschulden 1999 tot 2017 in mijn vorige blogs.
De staatssschulden van de zwakkere landen zijn zo hoog gestegen dat nog meer lenen onmogelijk is.
Dat spoort met de uitspraken van het IMF over lossere fiscale politiek, die als restrictie stelt dat landen in staat moeten zijn om meer te lenen.
Het verklaart ook de wens van de zwakkere landen om tot een fiscale unie te komen in de eurozone zodat de schulden gezamenlijk worden gedragen en er dus meer ruimte is voor een lossere geldpolitiek van de staten.
Duitsland (en ook andere noordelijke eurolanden) zien dat echter als een transfer unie waar geld van noord naar zuid stroomt zonder  enige zeggenschap daarover door de noordelijke landen.
Het toont twee ravijnen tussen de EU landen:
de eerste dat de euro wel officieel de enige munt is in de Europese Unie maar dat in realiteit dat slechts geldt voor 18 van de 28 lidstaten
de tweede dat wordt aangenomen dat in potentie alle EU lidstaten gelijke economische mogelijkheden hebben.

En de vraag is waarom Denemarken, Zweden, Polen, Tjechie (en natuurlijk Brittannië) niet de euro willen invoeren.

De Brexit is het sein tot een heroverweging van de Europese Unie.
Opiniepeilingen wijzen uit dat de meerderheid van de huidige Europese Unie bevolking de EU wil.
Maar evenzeer wil volgens diezelfde peilingen de meerderheid daarvan een Europese Unie met meer macht voor de nationale parlementen en minder voor Brussel.
Dat willen de bevolkingen.

Maar wat willen de regeringsleiders, want zij zijn het die de strategie van de Europese Unie moeten bepalen.
De Raad van Regeringsleiders die unaniem haar besluiten neemt.
Waartegen de socialisten in het EP fulmineren.

We gaan naar de bescheiden mening van een belangstellend amateur spannende tijden tegemoet.
Een ding is zeker.
De huidige Verdragen ondersteunen al deze voorgestelde veranderingen niet.
En aan de uitleg van die Verdragen nog verder oprekken komt ook een einde.
En zo grondig aanpassen van het huidige Verdrag van Lissabon als nodig zou zijn lijkt me ook onmogelijk.
Maar is, gezien de verschillen in inzichten over het karakter van de EU en het afwegen van nationale belangen een voor alle EU lidstaten aanvaardbaar nieuw verdrag haalbaar.

Maar dit zijn toch ook weer niets meer dan de overpeinzingen van een belangstellend leek.













dimanche 3 septembre 2017

Klaar of Niet Klaar voor de volgende ronde


Het was duidelijk dat de betrekkelijke rust van de vakanties een abrupt einde zou krijgen in de Europese Unie.
Niet alleen door komende Duitse verkiezingen, hervormingsplannen in Frankrijk en coalitieonderhandelingen in Nederland die juist een afwachtende sfeer scheppen.
Want pas als Macron slaagt in zijn hervormingen van het Franse arbeidsrecht en Merkel weer heerst in Duitslands met nu nog de vraag of dat samen met de socialisten of met de liberalen of met daarbij ook nog bijvoorbeeld de Groenen, kan er gehandeld worden want elke combinatie heeft zijn eigen prioriteiten die van invloed zijn op de toekomst van de EU en vooral de eurozone.
Maar op dat niveau tellen de Nederlandse coalitie onderhandelingen niet mee, die beperken zich tot brandende conflicten over leraren basis onderwijs salarissen.
Een veelvoud van problemen en ideeën komt snel opdagen binnen de EU en daarbuiten.
Het bizarre van één van deze problemen is dat hij veroorzaakt wordt door de opleving van de eurozone economie.
Er is nu eurozone wijd een, zij het bescheiden,  groei van het Gross Domestic Product, het BBP.
Wereldwijd is er eveneens een opleving, een groei groter dan die in de eurozone.
Het is dus geen geisoleerd eurozone verschijnsel.
Het lijkt erop dat de periode van recessie voorbij is en de prognoses zijn positief.
Voor mij als amateur bekijk ik nu op mijn manier hoe op die (cyclische) opleving wordt gerageerd.
In ieder geval voorzichtig, want er zijn nog veel problemen op te lossen waarvan een van de belangrijkste is de wereldschuldenberg die nog nooit zo groot is geweest als nu.

Het einde van de recessie en aantrekkende groei in de eurozone zou ertoe kunnen leiden dat de ECB het maandelijks opkopen van 60 miljard aan staatsobligaties gefinancierd met nieuw geschapen geld zou kunnen stoppen en de rente van negatief naar positief brengen.
Dat zou niet abrupt moeten gaan maar via een terugbrengen van de maandelijks bijgedrukte 60 miljard euro om geen schokeffect  teweeg te brengen.
Eind 2017 is het officiële einde van de overeengekomen QE periode.
Dat dan ook inderdaad een einde aan de QE zal komen gelooft vrijwel niemand.
Misschien een doorgaan met minder tientallen miljarden per maand en langzaam afbouwen.
Dat is echter nog niet zeker, Draghi heeft zich er nog niet over uitgesproken, wellicht dat hij dat wel zal doen in de september vergadering van het ECB bestuur.
Men zou voor doorgaan als reden kunnen opgeven dat de inflatie nog niet die heilige 2% heeft bereikt waarover ik in mijn vorige blog geschreven heb en ook dat er nog geen reële loonsverhogingen tot stand komen.

Maar voor de FED in de USA is dat geen bezwaar geweest.
De FED was al gestopt met de QE en heeft de rente al een keer verhoogd en mogelijk volgt dit jaar nog een tweede verhoging want de USA groei in het tweede kwartaal 2017 is bijgesteld van 2,6 naar 3%, een gunstige ontwikkeling.
De FED is zelfs bezig, zij het voorzichtig, het tijdens de QE bijgedrukte geld uit de circulatie te halen bij het vervallen van de opgekochte obligaties en de betaling ervan aan de FED.
Pas als die operatie is voltooid, en de balans van de FED het pré crisis peil weer heeft bereikt is de toestand genormaliseerd.

De ECB echter gaat in ieder geval, als ik de woorden van Draghi goed begrijp, de nieuw geschapen 2.2 biljoen van de QE niet uit de circulatie halen maar “herinvesteren”, d.w.z. bij het vervallen (en rollover) van obligaties het geld dat daarvoor binnenkomt niet uit de circulatie halen maar er wederom obligaties voor opkopen.
Dat wil dus zeggen dat de tijdens de QE meer dan 2.2 biljoen bijgedrukte euros op de balans van de ECB zouden blijven staan en de ECB dan  in feite ongeveer 25% van de eurozone staatsschuld in bezit heeft en houdt door van oude obligaties te incasseren en dat  geld dan weer te benutten om nieuwe obligaties op te kopen.
Een soort generale inruil aktie.
De ECB is daarmee dan de voornaamste schuldeiser van de eurozone, de eurolanden dus, geworden.
Men zou zich daarbij kunnen afvragen of dat wel de taak van de ECB zou zijn.
De toestand van voor de crisis wordt dus niet hersteld.
De ECB zou theoretisch oneindig lang op deze wijze kunnen blijven doorgaan en steeds vervallen obligaties omkopen voor nieuw uitgegeven obligaties en zo permanente schuldeiser van de eurozone landen zijn.


sinds 1999, invoer van de euro, is de balans van de ECB opgelopen van 800 miljard naar  3500 miljard en eind 2017 4000 miljard waarvan 2200 miljard leningen 

Dat de rente niet binnen afzienbare tijd verhoogd zou worden lijkt vast te staan.

Er moeten natuurlijk redenen zijn waarom de ECB een zo van de FED afwijkende politiek volgt.
Want het zal duidelijk zijn dat in deze tijd van globalisering de monetaire politiek een wereldomvattende uitwerking heeft en een wereldwijde afstemming nodig heeft.
De door de FED en ECB bijgedrukte gelden hebben hun weg over de gehele wereld gevonden en de 2.2 biljoen ECB euros zijn beslist niet voor het grootste deel in de eurozone economie geïnvesteerd maar door de internationale banken wereldwijd geinvesteerd.
De politiek van de centrale banken moet dus ook op elkaar worden afgestemd.
         
Met dat (cyclische) opleven van de eurozone economie komt dus ook de bewustwording dat het van de QE en negatieve rente afkomen misschien  wel even grote problemen met zich meebrengt is als het invoeren ervan in 2015 om de gevolgen van de Lehmann crisis het hoofd te bieden en de eurozone, zoals Draghi in  2012 zei, kost wat kost te redden.    
Problemen die voor een flink deel de (onbedoelde?) neveneffecten zijn van die QE en nul rente.
Allereerst natuurlijk de lage, negatieve en nul rente.
Die lage rente heeft staten en bedrijven en particulieren in staat gesteld tegen lage, vaak nul tarieven of zelfs negatieve rentetarieven (dus geld toekrijgen bij de lening) leningen af te sluiten die bij een normale rentestand onbetaalbaar zouden zijn geweest.
Dat heeft voor verreweg de meest eurolanden geleid tot torenhoge staatsschulden die ver uitgaan boven de 60% die toegestaan is volgens de Rule Of Law, het Verdrag van Maastricht en het Stabiliteits en Groei Pact.


____________________________________________________


erloop van de rente tarieven van de ECB van boven 4% in 2001 en 2008 naar 0. Vanaf de 2008 crisis aan is de lage rente politiek van de ECB goed zichtbaar
 ___________________________________________________________
De 10jaars rente voor leningen is abnormaal laag door het nul rente tarief beleid van de ECB.
Vergelijk de tarieven bij landen buiten de EU.
Zou de ECB het opkoopprogramma aflsuiten en geen obligatieaankopen meer verrichten dan zouden de tarieven marktconform omhoog schieten.
Datzelfde indien de ECB renteverhogingen zou doorvoeren.
Want marktconforme rentetarieven zouden anders bij het oversluiten van vervallen leningen de verschuldigde rente onbetaalbaar maken.
De eurolanden hebben overgrote schuldfinanciering gebruikt voor consumptieve doeleinden in plaats van investeringen.
Dat was alleen mogelijk door de steun hierbij door de ECB.
______________________________________________________________

___________________________________________________________
de staatschulden eurolanden 1999 (invoer euro), 2012 (herstel na Lehman crisis) en 2017. Het oplopen ervan van EU eis tot onhoudbaar is duidelijk in de getallen te zien, evenals de groeiende verschillen tussen de lidstaten
 __________________________________________________________

Dezelfde schuldfinanciering heeft het ook mogelijk gemaakt structurele hervormingen die anders noodzakelijk zouden zijn geweest om als land te overleven te ontgaan of uit te stellen.
Daardoor zijn deze landen in feite aangewezen op blijvende steun van de ECB om overeind te blijven.
De ECB kan deze steun dus niet stop zetten.
En ook de sterke lidstaten, die die steun niet nodig zouden hebben, profiteren ervan om extra te groeien waardoor de verschillen tussen de eurolanden onderling nog zijn toegenomen.

Wat voor de eurostaten geldt gaat evenzeer op voor het bedrijfsleven.
Bedrijven kunnen door lenen tegen nul tarief voort blijven bestaan ook al zijn ze niet normaal levensvatbaar.
Zij kunnen kostenloos kapitaal aantrekken waardoor ze kunnen blijven doorbestaan als zgn “zombie” bedrijven en door dit nul tarief kunnen ze concurreren met wel levensvatbare bedrijven.
Gaan de rentetarieven stijgen dan zullen ze over de kop gaan met alle gevolgen van dien voor de kredietverschaffers zoals de banken.
Grote bedrijven kunnen door het nul tarief kostenloos geld lenen om hun eigen aandelen terug te kopen, dus niet voor investeringen en innovatie maar om geen divident te hoeven uitkeren.

En dat alles officieel alleen maar om de inflatie nabij die vermaledijde 2% te krijgen.
Want dat is het enige doel van de QE en lage rente zoals de ECB herhaaldelijk heeft vermeld.
De andere gevolgen waren neveneffecten waar de ECB nauwelijks belangstelling voor leek te hebben.
Maar dat is de officiële kant.
In de praktijk was de QE en de nul en negatieve rente noodzakelijk om de eurozone in stand te houden, de zwakkere lidstaten voor omvallen te behoeden.
Het was een middel om de zwakke lidstaten de tijd te geven om door hervormingen genoeg eigen economisch potentiëel op te bouwen om aan de voorwaarden te gaan voldoen: op de duur 0,5% tekort (geen 3%!!!) en maximaal 60% schuld.
Maar paradoxaal heeft deze tijdoverbruggende hulp er toe geleid dat de dwingende noodzaak voor hervormingen verminderde en hervormingen dus uitbleven of tekort schoten zodat de zwakkere landen geen inhaalslag tot stand hebben gebracht en dat de sterkere landen er extra van hebben geprofiteerd zodat de verschillen nog groter zijn geworden.

Dat is het vraagstuk dat aangepakt zal moeten worden.

Zowel Duitsland als Frankrijk willen een verdere integratie van de eurozone.
Beide zijn voorstander van een Minister van Financiën voor de eurozone en een soort investeringsfonds.
Maar in Duitsland is Schauble altijd voorstander geweest van een overbrengen van de toezichthoudende taak van de Commissie naar één aparte Functionaris hiervoor die er op toeziet dat de lidstaten zich houden aan de regels (dus 3% en 60%) en ook ingrijpt bij afwijking ervan.
Dat zou, in mijn optiek, dan de functie zijn van die Minister van Eurozone Financiën.
Frankrijk (en de zuidelijke landen, naar ik meen), wil echter veel verder gaan.
Daar is het een Minister van Financiën met een eigen eurozone budget en investeringsfonds.

Het is de aloude botsing van inzichten.

Duitsland (en aanhang) dat vindt dat de eurolanden zelf hun zaken op orde moeten houden en zich dus moeten houden aan de verdragen en het uitgebreide S&G Pact en moeten hervormen om dat te verwezenlijken waarbij het ESM als noodfonds/investeringsfonds steun kan bieden onder gecontroleerde voorwaarden (zoals bij Portugal, Ierland en Griekenland is gebeurd).
Frankrijk (en de zuidelijke landen) zijn juist van mening zijn dat de austerity door verdragen en S&G Pact opgelegd hun de mogelijkheden hebben ontnomen door grotere leningen investeringen te kunnen plegen die door grotere groei de schulden houdbaarder zouden hebben gemaakt, d.w.z. percentagegewijs t.o.v. BBP doen krimpen (maar niet in euros).
Zij willen een constructie van grotere fiscale eenheid door dat Ministerie van Financiën en eigen budget en gezamenlijke schuld naast een Europees Investerings Fonds (zoals het IMF).
Dat eist wel nieuwe verdragen en een nieuw S&G Pact en hangt ook af van de samenstelling van de toekomstige regerings coalitie in Duitsland.

De hamvraag blijft of het bij het Franse scenario de zwakkere landen lukt zich zo te ontwikkelen dat zij zich kunnen meten met de sterke landen of dat in tegendeel de animo om impopulaire hervormingen door te voeren afneemt en de sterkere landen verzwakken omdat zij steeds de tekorten van de zwakkere landen zouden moeten aanvullen.

In feite de vraag of het hoe dan ook mogelijk is voor de zwakkere landen zich te ontwikkelen to het niveau van de sterkere lidstaten.
Of dat we ons moeten neerleggen bij de historische ervaring dat er altijd grote economische verschillen zijn geweest tussen de huidige eurolanden en dat die ook binnen elke vorm van eurozone zouden blijven bestaan.
Dat er een Noord Italië - Zuid Italië situatie wordt geschapen.

Maar dit zijn zoals altijd alleen maar de persoonlijke overpeinzingen van een belangstellende leek die mogelijk de zaken vanuit een te beperkt perspectief en inzicht in deze ingewikkelde materie beziet.

Volgende keer meer hierover.