het verdrag van
Lissabon, vlees of vis
of geen van beide
Het verdrag van
Lissabon kan natuurlijk niet volmaakt zijn. Een verdrag dat de instemming (niet
toestemming) van 28 staatshoofden en regeringsleiders eist kan niet worden
afgesloten zonder concessies aan de ondertekenaars te doen. Dat is ook in het
verdag van Lissabon gebeurd.
Als die
concessies niet aan de essentie van een verdrag afbreuk deden is dat niet ernstig.
Die kunnen worden vestgelegd in protocollen die bepaalde landen bepaalde
uitzonderingen of extra bevoegdheden
bieden. Maar ze mogen niet fundamenteel zijn.
In het verdrag
van Lissabon is dat wel het geval. In dat verdrag wordt namelijk directe
financiële steun van lidstaten onderling verboden welk verbod ook geldt voor de
Europese Centrale Bank. Dit betekent dat het verdrag geen fiscale unie tot
stand brengt, integendeel deze impliciet verbiedt. Want in een fiscale unie is
er juist wel sprake van geldstromen van de ene lidstaat (of regio) naar de
ander. In een fiscale unie moet een centrale regeling zijn voor dat geldverkeer
om imbalansen te voorkomen. Daar is dus niet alleen een directe steun van
lidstaten onderling maar zelfs zonder zeggenschap van individuele lidstaten,
alleen van zeggensschap door het het geheel. Dat is ook waar de ECB onder de
heer Draghi naar streeft. Zonder die fiscale unie is de eurozone (en later de
Europese Unie) immers niet een volledige unie.
Daardoor is het
een verdrag dat de ene een politieke unie kan noemen en een ander dat het juist
geen politieke unie is.
Dat is ook de
reden waarop de ECB haar mandaat zeer ruim uitlegt, zo ruim dat Duitsland (en
de noordelijke lidstaten van de eurozone) die uitleg bestrijdt. De Duitse
overheid probeert dat binnen de EBC te doen
maar de Bundesbank en groepen burgers spannen rechtzaken aan bij het Duitse
Verfassungsgericht.
Zij zijn van
mening dat de ECB door de verschillende technieken voor het opkopen van waardepapieren van lidstaten haar
mandaat overschrijdt. Dat dit opkopen
niet uitsluitend gebeurt om de inflatie op 2% te handhaven (dus
prijsstabiliteit) maar verkapte staatsteun is.
En directe staatssteun
is voor de ECB verboden terrein op grond van het verdrag van Lissabon. Het
Verfassungsgericht heeft hen in het gelijk gesteld en de zaak doorverwezen naar
het Europees Gerechtshof dat vandaag een voorlopig standpunt en over een
aantal maanden een oordeel zal uitspreken.
Aan de ene kant
speelt dus het gevaar voor deflatie (voor sommige lidstaten al werkelijkheid)
dat door dat opkopen afgewend zou worden en tot een inflatie van 2% zou leiden.
Een staatshuishoudelijke zaak. Aan de andere kant de bepaling in het verdrag
dat dit opkopen een overtreding zou zijn van het bepaalde in het verdrag en dus
voor de ECB verboden terrein. En eerst moet een aantal rechtzaken worden
afgehandeld voor er duidelijkheid komt. Blijft de ECB binnen haar mandaat of
overtreedt zij Europees recht.
Zet de ECB haar
voornemen door dan gaan de aankopen van
staatsobligaties en andere waardepapieren geschieden met nog niet bestaand
geld. De ECB moet hiervoor dus geld scheppen (populair gezegd de geldpers
aanzetten) om de staats waardepapieren te kunnen kopen. Zeg dat dat inderdaad
1000 miljard euro zou zijn. Er komen dus via de banken van wie de
waardepapieren worden opgekocht 1000 miljard extra euros in omloop. Waar ze
heengaan is duister, dat is de zaak van de banken zelf. De schuld van de
lidstaten wordt dus in feite opgekocht door de ECB. Monetarisering van
staatsschuld.
Staathuishoudelijk
is dat een voordeel: de export wordt goedkoper en neemt dus toe, de import
wordt duurder en neemt dus af en de inflatie neemt toe door die duurdere import.
Voor de bevolking
is het juist een nadeel, de prijzen lopen op en de inkomens niet. Netto dus een
daling van de koopkracht en die is al te laag in de eurozone, er is al een
vraag crisis. Dat kan weer een verdere deflatie in de hand werken.
Er speelt nog
meer. Naar ik lees gaan de Spaaanse banken dubieuze obligaties aan de ECB
aanbieden. Ook het aankopen van Griekse obligaties zou problemen kunnen
opleveren. Beide illustreren volgens belanghebbenden dat het duidelijk staatssteun
is en dat de ECB een bad bank functie zou krijgen..
Er wordt druk
gelobbied. Draghi gaat 14 janari naar een conferentie in Berlijn om zijn zaak
te bepleiten. Een dag daarna spreekt zijn grote opponent, Jens Weidmann, de
president van de Bundesbank in Zuid Duitsland. Op 22 januari volgt dan de
bijeenkomst van de 25 bestuursleden van de ECB. om te te volgen weg te
bespreken. Dezelfde dag is er een voorlopige uitspraak (opinion) van het
Europees Hof over de door het Verfassungsgericht doorgescshoven zaak over de
OMT. Hoewel dat nog geen definitieve uitspraak is zal hij toch veel gewicht in
de schaal leggen.
Vraag hierbij.
Wat heeft de ondertekenaars van dat verdrag eigenlijk voor ogen gestaan?
Want dat verdrag
is al geschonden door de bailouts, later door de oprichting van het ESM om
onder verdragsbepalingen uit te kunnen komen, nu weer door de mandaat uitleg
van de ECB, door het in willen voeren van een fiscal union.
Zo nu en dan
krijg je het gevoel dat er partijen zijn die zover geïmpliceerd zijn dat ze
niet meer terug kunnen al zouden ze het willen. Zoals in een crimestory waar
iemand zonder het te willen meegesleept wordt en niet meer terug kan omdat hij
zich onwetend medeschuldig heeft gemaakt.
In ieder geval
lijkt de eurozone niet meer te sporen met dat oorspronkelijke verdrag en roept
de vraag of of hij er nog wel op lijkt.
.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire