vendredi 19 février 2016



20-02-2016            Waarom vind ik dat misschien de Quantitative Easing en lage rente contraproductief zijn geweest. Om het argument dat ik niet in het artikel in de Economist zie:
-door de lage rente hebben overheden te gemakkelijk te veel kunnen lenen waardoor de staatschulden zo hoog zijn dat geen ruimte voor investeringen is.
-door de QE die zwakke landen steunde door indirect veel van hun schuld op te kopen is de noodzaak van de broodnodige hervormingen in de fiscale politiek en sociale wetgeving uitgesteld of afgesteld.
Een gevaar dat Weidman, de president van de Bundesbank,  al veel eerder gesignaleerd heeft.
Nu  is er geen credit ruimte door de hoge schuld ondanks de lage rente en geen mogelijkheid tot renteverhoging in verband met die zelfde hoge schuld.



Volgens de OECD moet het roer om

maar heeft de eurozone daar de ruimte nog voor met op enkele na de hoogste staatsschuld ter wereld. Zie het tabelletje hieronder van een aantal belangrijke, soms ook arme,  landen. Kijk vooral naar de EU landen die de euro niet hebben.


In vorige bloggen heb ik mijn negatieve gedachten laten gaan over de wijze waarop de monetaire politiek van lage of toenemend negatieve rente en voortdurend geld bijdrukken gevoerd wordt en het gebrek aan resultaat ervan.
Het begint nu meer algemeen door te dringen dat een andere aanpak nodig is.
Maar ik vraag me af of dat met de enorm hoge schuldenlast van de eurozone daar nog mogelijk is. Wel in enkele lidstaten zoals Nederland maar dat zou dan weer de kwestie van de strucurele geldstromen sterk naar arm oproepen met alle nadelen daaraan verbonden en geen blijvende oplossing zijn en die is juist nodig in de eurozone.

Na jaren lang gewed te hebben op austerity in combinatie met monetaire losheid en rente laagheid als medicijn voor een kwakkelende economie beginnen de experts (niet allemaal, maar dus toch) te beseffen dat deze combinatie niet werkt en misschien zelfs helemaal niet gewerkt heeft en heel, heel misschien zelfs tegengewerkt heeft.
Nu moet toegegeven worden dat austerity een begrip is dat op veel manieren kan worden geïnterpreteerd. Zuinigheid en vlijt is er één van. Dat zou goed zijn.
Maar austerity werd in de eurozone verkeerd gemeten.
Austerity werd gezien als voldoen aan de eisen van de Europese Unie uit het verdrag van Maastricht voor een juiste staatshuishouding. Een begrotingstekort van niet meeer dan 3% om geen inmenging van Brussel te krijgen (maar eigenlijk is een begrotingstekort van maximaal 0,5% bedoeld) en een staatsschuld van 60% maximaal.
In de praktijk is van geen van beide iets terecht gekomen maar wel is er na de Lehman klap van 2008 een strenger toezicht op gekomen, althans voor de eurolanden.
Hoe dan ook moesten de euro lidstaten op die 3% terecht komen al waren de staatsschulden, zeker na 2008 peilsnel omhooggeschoten. Er werden voor elke lidstaat samen met Brussel plannen en wegen opgesteld die na 20 jaar de zaken weer op orde zouden gebracht hebben. Begrotingstekorten moesten worden teruggebracht en groei zou de rest doen.
Om nu die 3% en het overeengekomen lagere streef percentage te bereiken moesten de uitgaven van de overheid omlaag of de inkomsten van de overheid omhoog. Nu is dat laatste alleen mogelijk bij een vergroting van de groei, als er dus meer geld in het laadje komt door een groeiende economie, of door verhoging van de inkomsten van het rijk. Door verhoging van de belastingen en heffingen dus.
De uitgaven van de overheid verlagen is in de sociale context van onze maatschappij nauwelijks mogelijk zonder uitkeringen en voorzieningen en subsidies te verlagen en dat is nu juist vrijwel uitgesloten.
Austerity verwerd tot uitbenen van de bevolking en wat in de marge bezuinigen op de uitgaven. De bureaucratie terug dringen is vrijwel onmogelijk omdat dan het bureaucratische apparaat zich zelf zou moeten inkrimpen, terwijl elke bezuinigingspoging juist meer ambtenaren nodig maakte. Vakbonden maakten front tegen wijzigingen in de sociale wetgeving die de rechtspositie van werknemers vereenvoudigden of aantastten.
De gemakkelijkste maar zelfvernietigende weg was dus de lastenverzwaring die de koopkracht deed dalen en dus de economie deed krimpen.
Het was binnen de eurozone nog wat ingewikkelder omdat door loonsverlagingen in zwakke landen de onderlinge concurrentieverhoudingen van de lidstaten wijzigden en wat de een dan won verloor de andere, een verschuiving maar geen verbetering.
Geld bijdrukkken, rente verlagen en lasten verzwaren in combinatie hebben de eurozone slechts verarmd en niet versterkt. Zie de tabel BBP, etc van enkele weken geleden. Vergeleken bij de invoering van de  van de euro staan ze er voor het merendeel veel slechter voor. Vooral de schuldenlast is op de USA en Japan na de hoogste in de wereld. Alleen door de kunstmatig laag gehouden rente worden ze overeind gehouden.

Het OECD, de grote wegwijzer voor de economie, wil nu in de gehele wereld een andere weg inslaan. De rijke landen worden opgeroepen goedkoop lenen te benutten om meer aan de infrastructuur uit te geven om de stagnerende groei aan te jagen en zo meer vraag te kweken. Een totale ommekeeer van de schuldbeperkingspolitiek.
Het OECD hekelt het te grote vertrouwen op monetaire politiek, Quantitative Easing en lage rente, en vindt de fiscale politiek (dus belastingheffing en begroting)  te krimpend en dringt aan op een beter uitgebalanceerde benadering.

Het IMF is wat voorzichtiger. Bij inflatie beneden de doelstelling blijft monetaire politiek (QE en rente) essentiëel. Als de situatie het toestaat zou de fiscale politiek meer steun moeten bieden aan het herstel vooral door investeeringen die in de toekomst productief zouden zijn. Structurele hervormingen blijven nodig.

In de eurozone zijn de reacties te voorzien.
Duitsland en de andere noordelijke lidstaten zullen met deze OECD verklaring niet blij zijn.
Voor hen is ook geen enkele andere wijziging van het beleid nodig dan het afschaffen of minstens beperken van de Quantitative Easing en de negatieve rente.
De zuidelijke staten en Frankrijk zullen zich daarentegen gesteund voelen in hun streven naar grotere flexibiliteit, lees groter begrotingstekort en nog hogere schuldenlast, in het vooruitzicht dat dan de economische groei zo sterk zal zijn dat ze "uit de schulden groeien".


Naar mijn mening weer een aanwijzing dat de eurozone structureel een onmogelijkheid is.










Aucun commentaire:

Enregistrer un commentaire