De
Autoriteit Spreekt
waarom is
iets altijd zwart of wit en mag het niet grijs zijn.
Om indruk te maken is een eerste vereiste dat je gezaghebbend overkomt. Dat
wat je zegt zekerheid uitstraalt.
Dat is één van de dingen waar onze bestuurders echt zeker van zijn.
Toegeven dat er ook een kans is dat wat zij ons mededelen niet klopt zou niet
goed zijn voor het vertrouwen. Of liever gezegd de goedgelovigheid.
Als trouwe bondgenoot hierbij vinden zij de mainstream media, zeker in
Nederland, aan hun zijde. Dat wil zeggen dat wij steeds maar één kant van de
medaille te zien en te horen krijgen.
Pas als je de media in andere landen raadpleegt en op internet wat
rondbladert kom je te weten dat wat je als zeker is voorgespiegeld ook wel
anders kan uitpakken.
Natuurlijk zouden we dat eigenlijk moeten weten uit bittere ervaring. Als
economen altijd gelijk zouden hebben zou onze economie er heel wat beter
voorstaan.
Een van die zekerheden is de QE, het printen van enorme bedragen in geld
door de centrale banken, die daarmee bij banken staatsobligaties en andere
gedekte waardepapieren opkopen zodat de banken over die vele honderden
miljarden in cash kunnen beschikken om in de economie te pompen. Het resultaat
is dan gegarandeerd dat de inflatie die veel te laag is op 2% wordt gebracht.
Dat laatste is noch in de VS noch in Brittannië ondanks de lange jaren van
uitgebreide QE daar gelukt. In Japan holt het de koopkracht van de bevolking
uit. De ECB denkt het toch in 2017 te
bereiken.
Maar inflatie hangt ook van koopkracht, importprijzen, lage lonen landen
leveringen, olie politiek af. En QE beïnvloedt allerlei andere zaken dan de
inflatie zelfs sterker. Neem bijvoorbeeld de oplopende en dan weer zakkende
rentes op staatsobligaties. Neem
bijvoorbeeld de hoge vlucht van de aandelenbeurs koersen. Neem de invloed van
de lage rente op spaargelden. De QE is geen scherpgerichte kijkoperatie maar
een ferme snee.
Zo is één van de gevolgen van de QE dat de USA S&P index wordt gewaardeerd op
meer dan 18 maal de toekomstige verdiensten. Ze zijn dus hyper duur gevalueerd.
Het is niet normaal meer en kan niet doorgaan. Want de USA economie kromp in
het eerste kwartaal, de groei van de wereldeconomie wordt lager ingeschat,
China kampt met lagere groei dan verwacht en de groei in de eurozone wordt
zelfs door de meest grote optimisten als "fragiel" omschreven en is
zeven jaar na de crash van 2008 nog niet op het peil van daarvoor gekomen.
Die hoge waardering is dus niet door de grote groei gekomen maar door het ingrijpen
van de centrale banken met het scheppen van die duizenden miljarden dollars,
ponden, yens en euros, die over de gehele wereld uitgezaaid zijn. De wereld
barst van het goedkope geld.
Maar de banken die een risico beperkende invloed zouden moeten verzorgen
hebben door de strengere regulering de eerste plaats moeten afstaan aan de
shadow banking sector, die bulkt van het geld, die minder gepleegd door
strengere voorwaarden daardoor grotere risico's kan nemen met alle erbij horende
gevaren. De centrale banken hebben misschien door het geld printen de crisis
mede helpen bedwingen maar ook het zaad voor een volgende crisis ingezaaid.
De wereld barst ook van de schulden. Staten, bedrijven, financiële
instellingen en particulieren hebben tezamen het
afschrikwekkende schuld percentage van
286% van het wereld Gross Domestic Product, de jaarlijkse wereldinkomsten
bereikt. Van 2000 tot nu met 40% gestegen. Zoveel schuld remt de groei. Maar
waar veel goedkoop geld voorhanden is leent met graag en te veel.
Waar dat toe leidt is goed te zien in Griekenland waarvan ieder econoom
weet dat de schuld nooit terugbetaald zal kunnen worden en dat alleen al de
rente erop als een molensteen (hoewel door de eurozone en IMF uiterst laag
gehouden) om de Griekse nek hangt.
Leven met schuld. De IMF heeft in een poging om tot een andere benadering
van de schuld te komen een indeling gemaakt van rood tot groen. Bij groene
schulden (die tegenovergesteld zijn aan de rode schulden die het molensteen
effect hebben) hebben zij een simpele oplossing, los niet af want men kan
gemakkelijk de rente opbrengen. In feite is dat wat nu met alle schulden gebeurt
in de eurozone. Er is behalve wellicht Duitsland geen land dat aan
schuldaflossing kan doen. Overal zijn begrotingstekorten dus jaar na jaar
schulden vergroting. Maar zeer belangrijk is het percentage schuld ten opzichte
van het GDP, het BBP. Dat geeft aan hoe zwaar de schuldenlast op de begroting
drukt. De eurozone vindt het maximum percentage van 60% de houdbaarheidsgrens.
De gehele zone als illusoire eenheid heeft dan een percentage van 95%. Het is
dus niet alleen Griekenland dat met onhoudbare schuld leeft.
Aflopende schuld contracten worden betaald met het afsluiten van nieuwe
schulden. Daarbij is het te betalen rente percentage een belangrijke factor bij
houdbaarheid of niet. Helaas is de rente bij bestaande grote schuldenlasten
altijd hoger dan bij kleinere en bij risicovolle landen hoger dan bij stabiele.
Het lage rentepercentage in de eurozone ook voor zwakke lidstaten door
Draghi's stabiliserende garanties is echter ook een gevaar, door de lage
rentepercentages is men gemakkelijker geneigd tot veel lenen en moet men daarvoor bij aflossing
en inruiling tegen hogere rentetarieven voor boeten. De rente die men op de staatsschuld
moet betalen kan niet voor andere nuttige zaken worden ingezet. Daarom heeft de
schuld zoveel invloed op de groei.
Er zijn twee manieren om met die schuld om te gaan. De austerity, in de
eurozone verkeerd uitgelegd als vrijwel alleen lastenverhoging om het begrotingstekort
omlaag te krijgen. En de andere manier is investeren juist in barre tijden om
de vlam onder de pan te houden en hem niet op het waakvlammetje te zetten.
Beide stromingen bekampen elkaar in de eurozone, Duitsland en het noorden
austerity, de zuidelijke landen en Frankrijk een lossere aanpak om te
stimuleren.
De pragmaticus zou zeggen beide, de austerity goed uitleggen als bezuinigingen
op niet essentiële zaken maar niet zo dat de koopkracht van de werkende en
gepensioneerde bevolking te veel terugloopt want verminderde koopkracht leidt
snel tot deflatie (zoals in zuid Europa te zien) en uitsluitend investeringen in
economisch rendabele projecten.
Maar beide kampen vrezen dat wat toegeven alle remmen los zou gooien en
over rendabele investeringen valt ook heel wat te discussiëren. Zie de Energiewende
in Duitsland. Welzijn en welvaart.
Zijn de zaken zover uit de hand gelopen dat er geen uitweg meer is? Is het
bijvoorbeeld echt zo dat een coulante houding tegenover Griekenland met
schuldsanering (= kwijtschelden van een behoorlijk percentage ervan) en een
langzame groei (=een primair overschot dat niet de belastbare burgers verder uitknijpt) niet mogelijk is? Is het echt zo
dat zo'n houding in andere lidstaten tot verzet zou leiden van waarom hij wel
en wij niet.
Ik geloof dat dat inderdaad zo is. In veel andere landen, zelfs in
Duitsland heerst veel armoede, maar niet vergelijkbaar met die in landen waar
geen laatste vangnet is (waar in Duitsland dacht ik haast 2,5 miljoen mensen
van moeten leven) maar het na een of
twee jaar gewoon afgelopen is. Daar telt armoede anders.
In veel andere landen is eveneens een onhoudbare schuld. Ook daar is
sanering hard nodig.
Al is het bedrag van de Griekse schuld vergeleken bij de 1140 miljard euro
die de ECB gaat drukken peanuts. Dat deert de eurozone niet. Maar het is de
psychologische schok die ervan uitgaat. Want als het met één lidstaat mogelijk
is waarom dan niet met meer? De kreet om de schulden van de lidstaten solidair
uit te smeren over alle bijvoorbeeld die al door Gabriel en Macron op de agenda is gezet.
Het zou een gevaarlijk precedent scheppen en het terugbetalen naar sint
juttemis opschuiven is psychologisch beter. De schijn wordt bewaard.
Zo is ook het uittreden of uitgeduwd worden uit de eurozone van Griekenland
zo'n precedent. Op zich met 2% van de economische output van de eurozone kan
men Griekenland missen als kiespijn. Met eigen munt, devaluatie en dan
onontkoombare schuldsanering heeft Griekenland meer opties dan gebonden te
blijven aan die dure euro die het jaar na jaar, zoals is gebleken, verder
omlaag trekt. Maar dat is een mogelijkheid waar men in Brussel van rilt en
beeft. Een beter lopend Griekenland buiten de eurozone.
Vandaar al dat geschermutsel voor de Bühne. De eurozone kan het zich niet veroorloven Griekenland te
laten gaan. De Grieken durven er in meerderheid niet uit te stappen. Maar na
nieuwe verkiezingen misschien wel.
Zoals bij zoveel in de politieke economie valt ook hier niet met zekerheid
te zeggen wat er gaat gebeuren.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire