De eerste
overpeinzingen in 2018
van een
oudgediende
De ouderdom komt met gebreken maar ook met meer tijd
om eens anders na te denken over wat voor ontwikkelingen er plaats vinden maar
zonder die dwingende gedachte dat je daar ook aktief bij betrokken zult worden.
Zo’n après nous le déluge gevoel zoals uitgesproken
door Louis 15 of Madame de Pompadour nadat de slag verloren was.
Het zijn ontwikkelingen die elkaar beïnvloeden en zo
een grote invloed hebben op de samenleving.
Maar natuurlijk zijn het mijn gevoelens erover,
geenszins de absolute waarheid.
In mijn simpele optiek zoals
het mij ooit is onderricht is wetenschap niet een duidelijk begrip.
Voor mij zijn er so wie so
twee soorten wetenschap.
De een is die waarin 2+2=4
altijd opgaat en de andere waarin dat niet het geval is.
Vroeger spraken we dan ook
over de exacte wetenschappen en de geesteswetenschappen.
In het Engels Science en
Scholarship, en er waren scientists en scholars.
Tussen die twee is er een
essentieel verschil.
Maar vaak lopen de twee door elkaar heen en weet je niet of het de een of de andere is.
Terwijl de ene gedwongen
afhangt van calculeren met vaste waarden is de andere afhankelijk van denken.
Objectief tegenover
subjectief, zo’n beetje.
Wat ik altijd een beetje
vermakelijk heb gevonden is dat de geesteswetenschappen, de denk wetenschap, gaarne gebruik maken van de exacte
wetenschappen om een soort objectieve waarheid te suggereren die er niet is.
De beroemde rekenmodellen
spelen, zo denk ik, in die suggestie een
grote rol.
Hoewel de berekeningen
exact zijn hoeft dat absoluut niet het geval zijn met de ingebrachte gegevens.
Je krijgt ook vaak als
gevolg dat waar een correlatie bestaat er een oorzaak gevolg verhouding wordt
aangenomen.
In veel gevallen, zo vrees
ik wel eens, lijkt het er op dat iets als exacte wetenschap wordt gepresenteerd
zonder duidelijk te maken dat het geen “exacte” wetenschap is maar meer het karakter
heeft van een overtuiging of soms zelfs geloof dan van een Popperiaanse
theorie.
Popper stelde als eis aan
een theorie dat die onderworpen moet worden aan falsificatie, met andere
woorden dat men moet zoeken naar gevallen waarin de theorie niet opgaat en niet
alleen naar gevallen waarin dat wel het geval is.
Als een theorie te
falsificeren valt, met andere woorden niet altijd waar blijkt te zijn, kan de
theorie de prullenmand in.
Dan kun je alleen spreken
van een waarschijnlijkheid, niet van een zekerheid.
Tegenwoordig wordt wel
eens voorgesteld, is dat meerderheid van stemmen aangeeft dat de theorie opgaat,
of zoals men dan zegt “science” is maar in werkelijkheid is dat alleen een besluit
nemen en te handelen alsof hij niet te falsificeren valt.
Dat wil niet zeggen dat
dat meerderheids besluiten fout is, want het meeste maatschappelijk handelen is
het gevolg van besluiten door een meerderheid genomen maar dan heeft het niet
het aura van onfeilbaarheid.
Je kunt het er niet mee
eens zijn.
Daar komt een volgend
menselijke trek naar voren. Is het toegestaan het er niet mee eens zijn.
Ik krijg wel eens de
indruk dat er bevolkingsgroepen zijn die van mening zijn dat dat in zo’n geval
een afwijkende mening niet getolereerd kan worden en bestraft zou moeten
worden.
Tolerantie zou dan beperkt
worden tot alleen binnen de grenzen van in die bepaalde visie passende
varianten.
Ik zie dat, en ik geloof
dat dat inderdaad zo is, bij het verschijnsel “political correctness” waar
alles wat daarbuiten valt gecorrigeerd zou moeten worden.
Wetten worden zelfs
daartoe aangepast.
De vrijheid van
meningsuiting zou zo tenslotte kunnen worden beperkt tot één politieke lijn.
Tenslotte lijkt mij de
maatschappij te verdelen in drie hoofdgroepen.
Er zijn de pressiegroepen,
die hun specifieke doelen uitdragen, de politiek ermee proberen te beïnvloeden en
deze algemeen in de maatschappij proberen in te voeren en dat op, laat ik
zeggen, energieke wijze doen.
Dan is er de groep die
algemeen wordt aangeduid als “the silent majority”, de zwijgende meerderheid
die eens per vier jaar hun stem uitbrengt en vervolgens de door hen gekozenen
hun gang laten gaan.
Tenslotte is er nog de
groep die alle geloof in of aansluiting aan de maatschappij heeft verloren en zelfs niet meer hun stem uitbrengt.
Deze drie ontwikkelingen,
de science die geen echte science is in de Popperiaanse definitie, de
tolerantie die geen echte tolerantie is en de groepen die door hun
samenstelling een niet proportionele invloed op het functioneren van de
maatschappij uitoefenen lijken mij te voeren tot een vorm van democratie die
niet de meest ideale is.
Een voorbeeld is dat wij
zelfs geen referendum mogen houden over het recht van referendum,
volksraadpleging.
En op mijn amateuristische
lekenwijze vraag ik me af waartoe deze ontwikkelingen verder zullen leiden,
maar in het volle besef dat het inderdaad slechts mijn persoonlijke visie is,
geen scientific one.
En tenslotte: de big bang,
de oorsprong van het universum, vrijwel algemeen geaccepteerd, wordt nu in een
nieuwe wetenschappelijke setting in twijfel getrokken.
Naarmate nieuwe feiten aan
het licht komen evolueert ook de wetenschap.
Niets lijkt permanent..
“is” zou vaak vervangen
moeten worden door “zou kunnen zijn”.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire