jeudi 7 décembre 2017



De Duitse Verkiezingen 
en 
de Machtstrijd in de Eurozone en EU

natuurlijk is er een sterk verband tussen de Duitse verkiezingsperikelen en de concurrentie in de EU over wie en wat.

In mijn vorige overpeinzingen heb ik even aandacht geschonken aan de Duitse pogingen tot een werkbare regerings coalitie te komen.
De Jamaika gok, met liberalen en groenen naast de CDU/CDA  tot een coalitie te komen,  was een wanhoopspoging  afgedwongen door de verkiezingsuitslag waar CDU/CDA en SPD beide grote verliezen leden en tot ontzetting van de establishment de AfD (Alternatief voor Duitsland), de “populisten” de derde partij van Duitsland werd en de FDP, de liberalen, weer in de Bondsdag terugkeerden.
Door de uitslag geschrokken weigerden de Socialisten, de SDP, zich weer te slachtofferen in de oude coalitie, de GROKO.
Onder leiding van Schulz, de oude voorzitter van het Europees Parlement, kozen zij vastberaden voor de oppositie om zo hun achterban terug te winnen.
Nu in de realiteit de enige werkbare coalitie die oude GROKO zou zijn is de SPD in een identiteitscrisis beland.
Er resten hun drie mogelijkheden: oppositie (en daardoor vrijwel zeker nieuwe verkiezingen), GROKO of Gedoogpartner bij een Minderheidsregering.
Op de partijdag van de SPD, 7 december, zal de partijtop dit met de leden moeten bespreken.
In ieder geval zal het wel tot ver in het  nieuwe jaar duren voor Duitsland zo weer een regering heeft.

Ik zou er niet over hebben nagedacht als Duitsland en met name Mw Merkel, niet steeds zo’n belangrijke rol in de politiek van de EU zou hebben vervuld.
Vooral de laatste jaren, door het zwakke Frankrijk, leek her er wel op of Mw Merkel de verpersoonlijking van de EU was en de as Duitsland/ Frankrijk niet meer bestond.
Niet voor niets werd zij als de machtigste vrouw in de wereld  genoemd.

Door deze Duitse perikelen zou men nu even goed kunnen stellen dat de Eurozone en de EU zich in een identiteitscrisis bevinden.
Duitsland kan zich nu niet laten gelden in mogelijke EU hervormingen omdat men niet weet welke EU politiek een nieuwe coalitie zou volgen, noch hoe groot in die coalitie de macht van de Kanselier, waarschijnlijk Mw Merkel, zou zijn.
Ook moet men er rekening mee houden dat de SPD veel sterker voorstander van verdere integratie en fiscale geldstromen in de EU  is dan de CDU/CSA.
Ik lees dat Schulz de Verenigde Staten van Europa wil voor 2025. Wie niet mee wil doen moet er dan maar uitstappen.

Duitsland kan nu  alleen temporiseren en besluiten doen uitstellen.

Maar de machtstrijd binnen de EU die met de komst van de huidige Commissie duidelijker is geworden gaat des te feller door.
De nieuwe Franse president  Macron is vastbesloten de rol van Frankrijk in de EU te verstevigen en de as Duitsland/Frankrijk nieuw leven in te blazen en heeft zelf uitgebreide hervormingsplannen voor de EU en Eurozone.

Ik heb al eerder vermeld dat de besluitvorming in de Europese Unie zoals vastgelegd in het Verdrag van Lissabon (dat een samenbundeling en aanvulling is van alle vorige EU verdragen en andere internationale verdragen) en de verdeling van de bevoegdheden van de verschillende instituties, (commissies) vaag en vaak voor meerdere uitleg vatbaar is.

Zo is er een competentiestrijd ontstaan tussen de Raad van Regeringsleiders, die unaniem besluiten nemen over de politieke koers van de Europese unie en de Eurozone en waarin dus iedere regeringsleider een vetorecht heeft en de Commissie van nu nog 28 afgevaardigden (een van elk van de lidstaten), die de uitvoerende en controlerende functie heeft van dat beleid, voorstellen voor het Europees Parlement voorbereidt en veel beslissingen zelf kan nemen.
Dan is er nog de Raad van Ministers die de ultieme zeggenschap heeft over de Parlementaire besluiten en bij geconditioneerde meerderheid van stemmen beslist.
Tenslotte is er het Europees Parlement, dat niet de rechten heeft van de nationale parlementen, en meer macht naar zich wil toetrekken.
Zo hebben alle vier instituten hun eigen plan voor de toekomst van de EU en Eurozone ontworpen waarbij de Franse President nog een eigen ontwerp heeft.
Dat er duidelijkheid moet komen over hervormingen (binnen de mogelijkheden van het Verdrag van Lissabon), bevoegdheden, macht en plannen is niet te vermijden.
Dat dat zonder een functionerende Duitse regering uitgesloten is lijkt even duidelijk.
Er is dus een impasse waarin iedere groep naar believen kan discussiëren en lobbyen maar niet tot een besluit kan komen.
Een impasse die naar kenners zeggen wel tot Pasen (als ik dat mag zeggen) 2018 kan duren.

Als men de opiniepeilingen bij de bevolking in beschouwing neemt komt daar het beeld naar voren dat de meerderheid weliswaar voor de EU is, maar een meerderheid van die voorstanders wel een beperktere macht voor de EU wenst en meer macht voor de nationale parlementen.
Een klein percentage is voor een Federaal Europa en een klein percentage is fel tegen de EU gekant.

Zo zien we een verscheidenheid van ideeën voor hervorming van EU en Eurozone.
Een variant van een meer sporen EU met verschillende snelheden en niveaus van integratie tot een federaal gecentraliseerd bestuurde EU.
Vrijwel duidelijk is dat de taken die in het Verdrag van Lissabon voor de EU zijn gereserveerd inderdaad gezamenlijk moeten worden uitgevoerd.
Maar hoe.
Nu is dat meersporen beleid al werkelijkheid door het onderscheid tussen lidstaten met de euro en lidstaten met eigen munt.

Voor de eurolanden zijn hervormings ideeën het meest ingrijpend.
De meest vergaande voorstellen maken de eurozone tot een Fiscale Unie met een eigen Minister van Financiën die tevens Vice Voorzitter van de Commissie zou zijn (en waardoor dus de Commissie de zeggenschap over de eurozone naar zich toetrekt).
De eurozone zou een EMF (European Monetary Fund) krijgen door ombouw van het ESM dat nu onafhankelijk is maar dan onder de Commissie zou vallen.
Dat valt niet bij alle groepen goed.
De eurozone krijgt dan een gezamenlijke begroting, gezamenlijke schulden en eigen belastinginkomsten, onder gezag van de Commissie en of een eigen financiëel parlement of onder het Europees Parlement.
Maar voorlopig is de oude toestand gecontinueerd met de verkiezing van een nieuwe voorzitter van de informele eurozone.
Het grondverschil binnen de eurozone landen is de controverse over austeriteit en losse financiële politiek.

Als ik naga wat die “austerity” nu in feite inhoudt vind ik dat die “zuinigheid en vlijt” eisen wel meevallen.
Eigenlijk is een begrotingstekort van 0,5% van het Bruto Binnenlands Product de eind norm maar pas bij een begrotingstekort van meer dan 3% van dat GDP, BBP, is er sprake van een overtreding waartegen door de Commissie moet worden opgetreden.
Daarnaast  is de maximaal toegestane staatsschuld 60% van het GDP.
Er is in het Stabiliteits en Groeipact opgenomen dat de lidstaten een periode van 20 jaar krijgen om die toestand van 0,5% en 60% staatsschuld te bereiken.

Er valt inderdaad op die 60% wel wat af te dingen.
Het echte criterium voor een staatsschuld is de sustainability, de houdbaarheid ervan.
Wat is het maximum aan rente en aflossing dat een land kan opbrengen en toch nog normaal functioneren.
Dat hangt niet alleen af van het percentage van het GDP maar veel meer van de rentevoet.
De marktwaarde van een schuld,  of te wel het risico dat er niet afgelost en rente betaald kan worden, speelt de cruciale rol bij het vaststellen van de rente, de yield bij obligaties.

In de eurozone wordt deze yield echter voornamelijk door drie andere factoren bepaald.
De eerste is de garantie van de ECB de euro te steunen (2012  Draghi’s “whatever it takes”), waardoor het risico van niet terugbetaling vervalt, de ECB garandeert het voortbestaan ervan.
De tweede is het opkoopprogramma van voorlopig 2.5 biljoen euro waarvoor via de banken staatsobligaties van eurolanden (en nu ook obligaties van grote ondernemingen) volgens een bepaalde verdeelsleutel worden opgekocht. Door de grote vraag ernaar (tot 30% van het GDP van elk euroland) daalt de rente sterk.
Als derde de lage of zelfs negatieve rentevoet door de ECB vastgesteld.
Daardoor is de rente op vele 10-jaars staatsobligaties zelfs negatief, d.w.z. dat er door de bank (en de ECB) geld wordt toegegeven bij de afsluiting ervan.
Zou de ECB dit bijdrukken stoppen dan is er nog geen gevaar.
De dan al bijgedrukte 2.5 biljoen euro (als het programma tenminste in 2018 wordt gestopt) worden immers steeds bij aflossing van opgekochte staatsobligaties weer gebruikt om obligaties van hetzelfde land op te kopen. Een soort rollover die de rente laag zal houden.
Nu liggen de rentes in de eurozone lager dan in de rest van de wereld.
Maar als die rente wordt verhoogd ontstaat een andere situatie.
Want dan zullen de eurolanden de marktconforme rente voor nieuwe leningen betalen.
Bij de overhoge staatsschulden die de eurolanden nu reeds hebben zou dat landen in betalingsproblemen brengen en de economie ervan enorme schade toebrengen.
De rentebetalingen zouden het normale functioneren van die landen in gevaar brengen.

There is the rub zou Shakespeare gezegd hebben.

Is er in feite wel die drukkende “austerity” die de zuidelijke landen claimen en een verlammende invloed op hun economische ontwikkeling hebben of zijn daarvoor andere oorzaken.
Een begrotingstekort van 3% zonder tik op de vingers en een door vrijwel geen euroland bereikte 60% staatsschuld.
Als die 3% en 60% inderdaad “austerity” zouden zijn kan men stellen dat niemand er zich aan gehouden heeft. Dus niets tengevolge van “austerity”.
Er moeten andere oorzaken zijn voor die steeds groter wordende divergentie tussen de eurolanden.

In ieder geval zal een lossere fiscale politiek, dus groter begrotingstekort,  onvermijdelijk leiden tot hogere staatsschuld en men kan niet eeuwig doorgaan met lenen, met een schuldeconomie.

Gefluisterd werd dat men als men in de eurozone als geheel niet boven die 3% begrotingstekort zou komen er bepaalde euro landen meer dan 3% tekort zouden kunnen krijgen op hun begroting.
Nu immers zou het tekort over 2017 (naar schatting, pas ver in 2018 zijn de definitieve tekorten bekend) volgens opgave van eurostat over de gehele eurozone gemeten op 1,7% uitkomen.
Dank zij de sterker groeiende wereld en eurozone economie.
Als er landen meer dan die 3% schuld zouden hebben zou toch dat totaal voor de eurozone niet boven de 3% uitkomen.
Dus geen overtreding van de regels.
Een aantrekkelijke gedachte.
Maar allereerst tegen het Verdrag van Lissabon in.
Bovendien,  elk begrotingstekort hoe klein ook, leidt onvermijdelijk tot een hoger schuldbedrag.
Pas als de groei groter is dat het begrotingstekort neemt de schuld percentagegewijs af maar niet in klinkende munt (of liever gezegd in computeraal getal).
Een een begrotingstekort van jaarlijks 3% is in tien jaar tijd uitgegroeid tot een schuldgroei van zo’n 30%.

Een schrale troost is wellicht dat niet alleen de eurozone met het schuldprobleem worstelt.
De USA en vooral Japan (beide landen met net als de Eurozone Quantitative Easing) worstelen er ook mee.
In de USA moet de debt ceiling (met maximaal toegstane leenbedrag) elk jaar bijgesteld worden en elk jaar dreigt weer het lockdown van de regering.
Japan lijkt wel geen grenzen te kennen.
De wereldschuld is nog nooit zo hoog geweest.

In mijn vorige blog heb ik het GDP en de Staatsschuld 2016 van de EU landen vermeld en de prognoses van de Commissie voor de jaren 2018 en 2019.
In die tabel is goed te zien hoe de diverse landen presteren en hoever ze van elkaar divergeren.
Ook hoe weinig landen de 60% schuld norm halen en hoe weinig landen een positieve begroting hebben.
Ook is te zien dat de niet euro lidstaten zeker niet slechter presteren dan de door de ECB gesteunde eurolanden.
Dat is toch anders dan te verwachten viel met al die steun.
Maar ja.


Als slot een simulatie van de ontwikkeling van de eurozone tot 2027 als de eurozone een fiscale unie is en het fluister idee van de 3% totale begrotingstekort zou worden doorgevoerd.
Ik neem dan het GDP en de staatsschuld begin 2017 (eurostat), eengroei al die jaren van 2,5%, een begrotingstekort van 3%, een inflatie van 1,5% en een denkbeeldig rentetarief van 3%





Aan de getallen kan men de resultaten zien.
Met dit modelletje kan men de variabelen naar wens invullen en zo elke mogelijkheid van groei, tekort/surplus te betalen rente, inflatie  zien.


















Aucun commentaire:

Enregistrer un commentaire