mercredi 29 novembre 2017





Prognoses, bond yields and 2016 to 2019


Zo tegen het einde van het jaar zijn er zeer veel zaken die het overpeinzen waard zijn.


De financiële situatie van de eurozone eind 2016 ligt vast, GDP en Staatsschulden zijn definitef bekend, dat geldt ook voor de overige EU landen.
 2017 loopt tegen het einde en zoals gewoonlijk heeft de EU nu de prognoses opgemaakt voor de jaren 2018 en 2019.
Aan het einde van deze overpeinzingen een paar tabellen die er getalsmatig een indruk van geven.
Prognoses die volgens de Commission gebaseerd zijn op “not to rock the boat”, maar er zijn veel potentiëel storende factoren: Brexit, Migranten, Italiaanse verkiezingen, de ECB Quantitative Easing, de mogelijke Duitse regeringscoalitie, de nieuwe Emissie Rechten (oftewel CO2 Uitstoot Boete) en de ontwikkeling van de economische wereld cyclus.
Zekerheid is er dus niet.

Maar eerst weer even een uitstapje naar ons buurland.
Is Schultz nu geniaal of is er sprake van een toevallige samenloop van omstandigheden.
Zoals ik al verwacht had  zijn de onderhandelingen tusen de vier partijen  CDU/CSA, Groen en Liberaal stukgelopen.
Vuur en water kunnen apart goed zijn, maar gemengd levert het alleen stoom afblazen op.
Had Schultz hierop gerekend en zijn strategie van niet samen met de CDU/CSA willen regeren er op afgestemd?
Want de SPD heeft nu een keiharde onderhandelingspositie.
Niet alleen voor Duitsland maar ook voor de ontwikkelingen in de EU en ook eurozone waar Schultz duidelijk de kant van Macron heeft gekozen: een fiscale eurozone.
Van Merkel zelf weten we dat zij een meer geïntegreerde EU als een ideaalbeeld ziet.
Misschien een ander beeld  dan de grass roots van de Union hebben maar die komen pas weer over vier jaar aan bod, tenzij de SPD zijn hand overspeelt, maar dan rest nog de optie van een  minderheidskabinet met SPD  gedoogsteun (en dus invloed).
Want geen van de gevestigde partijen behalve de FDP willen nieuwe verkiezingen uit angst er op achteruit te gaan.
Er is dus voor Merkel geen andere keuze maar voor Schulz alle ruimte.

Het gaat de eurozone landen en ook de overige Europese Unie lidstaten economisch redelijk goed.
Toch zijn er zes eurolanden die volgens de analyse van de Commissie niet aan de voorwaarden voldoen. U kunt ze zien in de tabellen aan het einde van deze overpeinzingen.
Wat opvalt is dat de niet-euro lidstaten beslist niet onderdoen voor de eurolanden.
Men zou immers verwachten dat de eurolanden met die enorme steun in de rug van ECB steun van nu al meer dan 2 biljoen euros en de lage/negatieve rentestand veel sterker zouden groeien dan de andere EU lidstaten die het zonder die steun moeten doen.
Wel gesteund door de Europese Investering Bank, maar die investeert ook in eurolanden.

Wat ook opvalt is dat de verwachtingen van de mainstream economie,  te weten het oplopen van de inflatie door de lage rente en nieuw geld scheppen waardoor de economie zou groeien, de lonen zouden stijgen, daardoor productiekosten en dus prijzen zouden stijgen en dus de inflatie zou oplopen tot het net onder het 2% gewenste percentage niet zijn uitgekomen.
Inflatie blijft laag en lonen stijgen niet reëel.

De economie is echter om het zo te zeggen op eigen kracht gaan groeien zonder oplopen van de inflatie (zelfs van tijd tot tijd dalen ervan) en zonder dat de lonen, ondanks het aantrekken van de arbeidsmarkt, reëel zijn gestegen.

Zelfs Yellen heeft min of meer toegegeven dat de FED niet begrijpt waarom deze economische wetten van inflatie en loonstijging niet gewerkt hebben ondanks de voortdurende stimulans, of zoals ik het voor de eurozone liever zeg, de  voortdurende steun.

Natuurlijk worden er allerlei mogelijke oorzaken opgesomd, maar dat neemt niet weg dat deze theoretische wetmatigheden in onze globale economie kennelijk niet opgaan.
Misschien moeten we leren leven met lage inflatie, negatieve rente en niet stijgende lonen en steeds grotere verschillen tussen rijk en arm, tussen kapitaal en arbeid.

Een ander voor mij opvallend feit is het verschil in yield oftewel renteopbrengst van obligaties tussen de eurolanden en de rest van de wereld.
De yield van eurobonds schommelt omstreeks de 1% en neemt volgens de prognoses nog verder af.
Vergelijkt men die rente met Australië, 2,49%; USA, 2,33%; China, 3,99%; India 7,05%, dan is het duidelijk dat de eurozone rente voor tienjarige leningen van 1% mondiaal gezien wel erg laag is.
Japan echter 0,04 met de onoverzienbaar grote opkoopsteun van de Japanse Centrale Bank een andere uitzondering maar onder andere omstandigheden.

Voor de prognosis maakt de Commissie uiteraard gebruik van gesofiskeerde rekenmodellen.
Op mijn amateuristische wijze heb ik een simpel “what if” rekenmodelletje gemaakt om de invloed op GDP en Staatsschuld over een periode van tien jaar te berekenen onder verschillende groeipercentages, inflatiepercentages en verschuldigde rente bij verschillende rentepercentages.
Nu is het de officiële gewoonte het GDP en de Groei te berekenen met incalculatie van de inflatie. Immers een groei van 3% van het GDP bij een inflatie van 1% is in realiteit een groei van 2% door de geldontwaarding v    an 1%.
Men spreekt dan van Real Growth en Real GDP.
Maar er gaan nu steeds meer stemmen op om uit te gaan van de nominale GDP, dwz zonder inflatiecorrectie.
In mijn simpele model ga ik uit van de Eurostat GDP, de nominale GDP, maar bereken ook de invloed van de inflatie.
In de eerste berekening ben ik optimistisch.
Uitgaande van het GDP en Schuld eind 2016 (eurostat) neem ik een nominale groei aan van 2,7% en 2,6 % oplopend naar 3% en zelfs 3,5% in latere jaren.
Het begrotingstekort loopt terug van -1,5% naar 1%.
Door deze rooskleurige gang van zaken neemt de schuld in verhouding tot het GDP met 13% af, maar blijft nog boven de toegestane 60% grens.



Maar dan een pessimistischer scenario:





Nu is er een beperkter nominale groei, de begroting blijft een 1,5% tekort tonen (maar wel veel minder dan de 3% grens), de inflatie blijft op 1% hangen en tenslotte komt de 10 jaars rente op de reële marktwaarde van 3%.
De schuld neemt met slechts 3% af in die tien jaren.

Hieronder de nominale GPS en de staatsschuld van de EU landen (eurostat bron) en de prognose indicatoren van de Commissie voor 2018 en 2019.
Volgende blog laat ik mijn overpeinzingenhierover gaan.





En zoals altijd zijn het mijn persoonlijke amateuristische overpeinzingen.


Aucun commentaire:

Enregistrer un commentaire