Ligt
Italië dwars
of is het een symptoom?
Eerst even een korte
vergelijking.
Argentinië heeft zich
tot de IMF gewend en heeft een lening (bailout) van 50 miljard dollar (onder voorwaarden) toegezegd gekregen om de uiterst
trieste toestand van de peso te verbeteren.
Die lening zal later
dus moeten worden terugbetaald
De ECB print
maandelijks 30 miljard euro (= 43.2 miljard dollar) bij om staatsobligaties (schulden) van eurolanden (en
bedrijven) op de kopen en zal dat tot een totaal bedrag van meer dan 2500
miljard euro hebben gedaan als dat bijdrukken eind september a.s. zou stoppen.
Die extra 2500
miljard blijven gebruikt worden om bij het aflossen van aflopende obligaties
ervoor in de plaats komende nieuwe obligaties op te kopen.
In
vorige blogs heb ik op mijn amateuristische wijze de situatie van de euro in de
eurolanden overdacht zoals ik die zag.
Na
Griekenland is het nu Italië dat zich tegen de gang van zaken in de eurozone en
de grondslagen ervan keert.
Misschien
niet uit principe maar net als Griekenland gedwongen door de financiële
noodzaak en wellicht ook om niet in dezelfde situatie als Griekenland te
komen..
Ligt
Italië dwars of heeft Italië gelijk.
Is
het Italië’s eigen schuld of ligt de oorzaak in de euro?
De
voorgeschiedenis van de euro is lang.
Na
lang overwegen en onderhandelen sinds het einde van de tweede wereldoorlog
heeft de euro op 1 januari 1999 in theorie het levenslicht gezien maar in de
praktijk zijn in 2002 voor het eerst de euro’s als betaalmiddel gebruikt.
Het
aantal deelnemende Europese Unie landen aan de euro was oorspronkelijk 11 maar
is sindsdien uitgedijd tot 19.
Volgens
het Verdrag van Maastricht (1994) is de euro de enige munt van de Europese Unie
en is deze EU een Economische en Monetaire Unie.
Zodra
een EU lidstaat aan de gestelde eisen voldoet moet hij verplicht de euro
invoeren, behalve Denemarken (en Groot Brittannië maar dat is niet meer
relevant).
Dus
pas als alle EU lidstaten de EU hebben ingevoerd is de Europese Unie volwassen
geworden.
Niet
uitgegroeid want de EU heeft een ingewortelde uitbreidings lust.
Om
te beginnen valt het niet te negeren dat vanaf het begin af aan al een aantal
deelnemende landen niet aan de voorwaarden voor invoeren van de euro voldeden.
Geen
goed teken, maar optimisme deed aannemen dat de eurolanden zouden gaan
convergeren, naar elkaar toe zouden groeien.
Bovendien
zijn er minimaal negen lidstaten nodig om “enhanced cooperation”, zoals de
eurozone officieel is, mogelijk te maken.
Die
voorwaarden voor deelnemen aan de euro waren streng: niet meer dan 3% begrotingstekort
en 60% staatsschuld als voornaamste en een vooruitzicht van stabiliteit.
Overschrijden
van die 3% en 60% zou leiden tot ingrijpen door de Europese Unie (nu voor het
gemak door vrijwel iedereen Brussel genoemd) en zo zou de stabiliteit
gewaarborgd blijven.
De
officiële norm voor de begroting is echter in feite volgens het verdrag een
overschrijding van 0.5%.
De
3% is de maximale overschrijding van die 0.5% limiet zonder ingrijpen door de
EU.
In
werkelijkheid is die 0.5% een illusie gebleken en is zelfs overschrijding van
die 3% deficit steeds onbestraft gebleven.
De
3% ging bovendien worden beschouwd als de norm in plaats van als grens voor
ingrijpen door de EU.
Geen
wonder dus dat die 60% staatsschuld limiet daardoor eveneens overschreden werd
en nu over de gehele eurozone net onder de 90% ligt.
Daarbij
komt ook dat het de lidstaten niet toegestaan was elkaar direct financieel te
ondersteunen en dat ook de ECB, de Europese Centrale Bank geen directe steun
aan een lidstaat mocht verschaffen.
Door
het oprichten van het ESM, een niet EU instelling waaraan alle eurolanden
verplicht deelnemen volgens een verdeelsleutel op hun nationale inkomen kan dat
verbod omzeild worden.
Dat
ESM verleent financiële steun aan eurolanden (en door een aanvulling ook aan
euro banken) in liquiditeits problemen tegen strenge voorwaarden gemonitord (en
gestuurd) door de Eurozone, IMF, ESM en ECB.
Zie
als voorbeeld Griekenland dat sinds 2010 (eerst door voorgangers van het ESM)
via drie opeenvolgende leningen (bailouts) op de been wordt gehouden.
Er
zijn ook EU lidstaten die wel aan de voorwaarden voor de verplichte invoering
van de euro voldoen maar toch de eigen munt behouden.
Het
lijkt me dus wel dat men kan zeggen dat de eurolanden zich niet hebben gehouden
aan de voorwaarden voor de euro in de verdragen vastgelegd.
Dat
de Lehman crisis in 2008 een negatieve invloed op de financiële ontwikkeling
van de eurozone heeft gehad is duidelijk hoewel die crisis in feite de banken
raakte die echter door de lidstaten en dus de belastingbetalers ondersteund
werden
Italië
gelooft dat de eurozone zoals hij nu functioneert juist disfunctioneert.
De
steun van de ECB verleend door de QE (obligatie opkoop) en lage rente politiek,
officieel om de inflatie op 2% te brengen worden beide internationaal als steun gezien.
Dat
blijkt ook uit de belofte van Draghi in 2012 “whatever it takes” om de euro te beschermen.
Door
deze QE en lage rente worden “sterke” euro economieën bevoordeeld en groeien
dus sterker.
Zo
worden de verschillen tussen “zwak” en “sterk” juist steeds groter in plaats
van kleiner, de in de verdragen genoemde “convergentie”.
Bovendien
is Italië (en daarin staat het niet alleen) van mening dat de voorwaarden van
de Verdragen en het Stabiliteits en Groei Pact (3%,60%) de economische
beleidsmogelijkheden van de eurolanden zelf beknotten en zo een voor elk
individueel land optimale economische politiek belemmeren.
Daardoor
hebben met name de zuidelijke landen niet voldoende kunnen groeien.
Een
ander gegeven is dat in eerste instantie
belastingmaatregelen en maatregelen in de sociale sector worden gebruikt
door de lidstaten om toch zoveel mogelijk aan de 3% norm te kunnen voldoen.
Dat
betekent dat vooral de bevolkingen van de zwakke staten onder de bezuinigingen
door belastingverhogingen en heffingen
verzwaringen lijden.
Daarbij
komt nog dat juist door de lage rente en door het opkoopregime en overvloed aan
extra geld bij de banken schulden aangaan door staat, bedrijven en
particulieren door leningen tegen uiterst lage rente af te sluiten erg
aantrekkelijk werd en dus een hoge schuldopbouw is ontstaan die zonder
steunregime wellicht niet te financieren valt. .
Dat
houdt dus in dat bij oplopen van de rente en inkrimpen van de geldvoorraad hoge
risico’s ontstaan.
Dat
is nu reeds globaal te zien bij de emerging economies (ontwikkelingslanden) nu
de FED van de USA niet alleen het bijdrukken van dollars en opkopen van
obligaties heeft gestaakt en de rente met kleine stapjes verhoogt maar
bovendien het extra bijgedrukte geld bij aflossing van opgekochte obligaties
uit de markt haalt.
Ook
moet de USA door de belastingverlagingen zelf meer leningen uitschrijven.
Dollars
worden daardoor schaars en vloeien terug naar de USA, de rente loopt op waardoor deze Emerging Economies in
financierings problemen (te duur en te weinig) komen en zich al tot de FED
gewend hebben om de zaak af te remmen.
QE
en rentepolitiek worden nationaal opgezet maar de uitwerking is globaal.
Italië
wil een flexibelere opstelling en wil daartoe de verdragen heroverwegen.
Zuinigheid
en vlijt tegenover meer lenen om te investeren en zo de groei sneller te
vergroten om zo dan weer de schulden te kunnen verminderen.
De
vraag zou kunnen zijn of dat met de huidige schuldenhoogte nog te realiseren valt.
Ongetwijfeld
zullen de rekenmodellen van de verschillende instituten dit alles grondig
kunnen doorrekenen.
De
tijd zal het leren.
Voorlopig
zijn er nog geen concrete maatregelen genomen die onaanvaardbaar zijn voor de
eurozone.
Zo
draaien Italië en voornamelijk Duitsland om elkaar heen. Italië met zijn
regeerprogramma en Duitsland met zijn austerity.
Brussel
kijkt nog toe.
Maar
dit zijn slechts de overpeinzingen van een leek, een volslagen amateur die om
zich heen kijkt en het zo simplistisch mogelijk overpeinst.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire