Centrale Banken: Nieuwe Renteverlaging
en
QE Gelddrukken om Waardepapieren te kopen
doemen aan de donkere horizon op.
In de hitte des daags laat ik mijn wat sombere
leken gedachten gaan over de ontwikkelingen in de europese unie en vooral de
eurozone.
Met de instemming van het Europees Parlement met de
benoeming van Mw von der Leyen (zij het
met een meerderheid van slechts negen stemmen van de meer dan zeven honderd
leden van het EP) tot President van de
Europese Commissie en de aanwijzing van de opvolging van Draghi door Mw Lagarde
als President van de ECB is de rust en balans in de Europese Unie nog lang niet
teruggekeerd.
Dan bedoel ik in het personele vlak want alle
(eigenlijk niet alle, maar in de praktijk wel) lidstaten moeten nog een
Commissaris voor de Europese Commissie voorstellen die aanvaardbaar is voor de
Raad van Regeringsleiders en het EP dat moet instemmen met de totale commissie.
Dat kan gezien die negen stem meerderheid nog
genoeg stof voor discussie opleveren, maar zoals ik in een vorig blog al
opmerkte, de EU komt er altijd wel uit, zij het met veel compromissen.
Belangrijker wereldwijd, zo lijkt mij, is er de vertraging van de groei in de
wereldeconomie en in die van de eurozone.
Het is, zo denk ik, duidelijk dat de eurozone de
2008 crisis nog niet voldoende heeft overwonnen om als stabiele economie zonder
steun door te gaan.
Men zou ook kunnen denken dat de eurozone door de
grote verschillen in potentie en cultuur tussen de lidstaten er zo niet toe in
staat is.
Dat alles ondanks de uiterst lage rente en de 2.55
biljoen steun door de ECB.
Want duidelijke uitspraken van Draghi laten er geen
twijfel aan bestaan dat de ECB de eurozone economie zonodig (en volgens velen
zeer waarschijnlijk, zo niet zeker) met nieuwe rente en kapitaal maatregelen
zal steunen.
En daarbij, zo denk ik, kun je dat niet zien als een
van het wereldgebeuren onafhankelijke ingreep.
In het mandaat van de centrale banken geldt als
belangrijkste het bewaken van de prijsstabiliteit, de waarde van de munt.
Daartoe is het (axiomatisch) noodzakelijk de
inflatie net onder de 2% te houden, jaar na jaar, na jaar.
Prijsstabiliteit is dus vanuit het standpunt van de
consument gezien niet handhaven van de koopkracht van de munt maar juist het
verlagen ervan met 2% per jaar.
Om dat koopkracht verlies te compenseren worden
lonen en salarissen ook jaarlijks
verhoogd of zijn geïndexeerd hetgeen op hetzelfde neerkomt.
Dus eigenlijk verandert het niets aan de verhouding prijzen/inkomens
behalve het psychologisch aspect van aanzetten tot kopen omdat de prijzen
zullen stijgen.
In feite onzin, want de lonen stijgen mee.
Met dien verstande dat die verhogingen vaak niet
voldoende zijn om de koopkracht te handhaven of zelfs niet plaatsvinden
(bijvoorbeeld om de exportpositie te verbeteren).
Of dat pensioenen alleen in theorie geïndexeerd
kunnen zijn en dus niet dwingend verhoogd behoeven te worden.
There is the rub.
Als de inflatie echter lager is dan die magische grens van net onder
2% dan kunnen de Centrale Banken ingrijpen.
De orthodoxe methode daartoe is het verlagen van de
rentetarieven van de CB’s.
Daardoor wordt lenen goedkoper doordat men een
lagere rente moet betalen voor leningen en wordt zo het aangaan van schulden
voor investeringen of consumptie aantrekkelijker.
Door het beschikbaar komen van dat ”goedkoop” geld
wordt de echte economie ondersteund en daardoor neemt in theorie de inflatie
toe tot die bijna 2%, (hoewel dat de laatste tien (of meer) jaren ook theorie
is gebleven, de core inflatie is nog steeds flink lager dan 2% ondanks die toch
enorm ingrijpende ECB steun).
Bovendien hebben de CB’s geen zeggenschap over waar
de banken hun zo verkregen kapitaal beleggen en hebben dus geen directe invloed
op de economie.
Is de aantrekkingskracht van dat goedkope geld echter
onvoldoende om de inflatie aan te wakkeren dan wordt via de onorthodoxe
Quantitative Easing (“versoepeling van de hoeveelheid”) door de CB’s biljoenen
geld bijgedrukt om van de commerciële banken staatsobligaties (staatsleningen)
en obligaties van grote ondernemingen op te kopen.
Bij die banken komen dus kapitalen vrij.
De banken moeten om hun kosten te dekken en winst
te maken voor hun aandeelhouders die kapitalen weer beleggen, dus uitlenen,
niet alleen in de binnenlandse economie maar wereldwijd en dragen daarvoor het
risico.
Deponeren bij de ECB kost de banken strafrente:
0.4% en is dus niet aantrekkelijk.
Door het beschikbaar komen van dat ”goedkoop” geld
wordt de echte economie ondersteund en daardoor neemt de inflatie toe tot die
bijna 2%, zo is de verwachting..
Het heeft wel tot gevolg dat alle organisaties en
particulieren die van de rente op geld afhankelijk zijn in financiële problemen
komen.
Zo is eigenlijk de dreigende korting op de
pensioenen in ons land een direct gevolg van de huidige lage ECB rentestand en
de vooruitzichten dat die lage rentestand minimaal nog lang zal aanhouden en
dat bij een volgende ingreep van de ECB de rente helemaal in het negatieve
gebied zal kunnen dalen.
Bovendien hebben de CB’s geen zeggenschap over waar
de banken hun zo verkregen kapitaal beleggen en hebben dus geen directe invloed
op de economie.
Zo kan veel geïnvesteerd worden in ontwikkelende
economieën, in de wereldeconomie dus.
Hierdoor is geld lenen niet alleen goedkoop maar is
er ook (meer dan genoeg) geld in circulatie om heel veel te lenen van banken
die wel moeten uitlenen.
Dus wordt er zeer veel geleend tegen lage
rentetarieven en ontstaan dus grote schulden.
Maar wat als de leningen vervallen en moeten worden
afgelost en hernieuwd moeten worden en de QE steun en de lage rente zijn
gestopt.
Dan zouden er grote problemen ontstaan bij de
huidige omvang van die leningen en dus schulden.
Om zich daartegen in te dekken sluiten staten vaak
leningen af van een looptijd van bijvoorbeeld vijftig jaar tegen redelijke
rentetarieven.
Maar anders ontstaat het probleem dat de rente laag
moet worden gehouden om bij vervallen en afsluiten van een nieuwe lening te
voorkomen dat hij onbetaalbaar wordt, zo lees ik hier en daar.
The low interest trap.
Zou dat ook meetellen in de huidige overwegingen?
.
Binnen de eurozone is er veel diversiteit in
inflatie en 10 jaars rente (=lange termijn rente), maar in vergelijking met de
wereldlanden is de rente zeer laag.
En ter vergelijking de inflatie in de wereldlanden:
En de lange termijn rente in de wereldlanden.
Opvallen hoe laag de rente is voor de euro en eu
landen vergeleken bij de rest van de wereld, terwijl ook daar toch de inflatie
in de meeste gevallen vergelijkbaar is met die in de eurozone.
Overigens geeft dat die landen veel meer ruimte dan
de eurozone heeft om de rente te verlagen zonder in het negatieve rente gebied
te komen waar de eurozone zich in feite al bevindt.
Waarom is het ook bijna zeker dat ook de FED bij
een goed florerende USA economie en arbeidsmarkt overweegt de rente te verlagen
(en dat gemakkelijker kan omdat de huidige rente op 2% ligt en dus kan zakken
zonder in het negatieve gebeid te komen, hetgeen bij de ECB wel het geval zou
zijn).
In eerste instantie omdat de dollar nu eenmaal de
standaardmunt voor wereldleningen is en ook de FED met zijn QE vele biljoenen
heeft bijgedrukt die over de gehele wereld in de vorm van leningen zijn
geïnvesteerd.
Daar is bij de huidige economische vertraging een
verlaging van de dollar rente uiterst welkom.
Maar denk wel aan het verwijt van Trump dat nieuwe ECB
renteverlagingen in feite een wisselkoers aanpassing zijn en dat Trump druk
uitoefent op de FED om de rente te verlagen om dezelfde reden.
De USA heeft een blijvend grote negatieve
handelsbalans terwijl de eurozone een (nog groter?) handelsbalans overschot
heeft en dat lagere wisselkoersen de concurrentiepositie verbeteren.
Maar zoals altijd zijn dit de amateuristische
overpeinzingen van een gepensioneerde leek.
Aucun commentaire:
Enregistrer un commentaire